Wittem, H. Antonius van Padua |
||
Cultusobject: | H. Antonius van Padua | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | Negen dinsdagen voor Palmzondag | |
Periode: | Voor 1794 - ca. 1920 | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | Ronde kapel in het kloostercomplex van de redemptoristen | |
Adres: | Wittemer Allee 32, 6286 AB Wittem | |
Gemeente: | Wittem | |
Provincie: | Limburg | |
Bisdom: | Roermond | |
Samenvatting: | In 1729-1733 werd in Wittem een capucijnenklooster met kerk gebouwd. De capucijnen introduceerden en propageerden er de verering van Antonius van Padua. Sinds 1836 bewonen de redemptoristen het klooster en vanaf die tijd groeide het klooster uit tot een cultuscomplex met een brede aantrekkingskracht. Vanaf omstreeks 1900 groeide het uit tot een groot bedevaartoord van Gerardus Majella, waardoor de verering van Antonius van Padua allengs werd weggedrukt. | |
Auteur: | Hans Evers | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- Zie ⟶ Wittem, Gerardus Majella. - De capucijnen plaatsten een Antoniusbeeld op een zijaltaar van de kerk. Van 1845 tot 1861 stond het beeld in de zogenoemde Antoniuskapel boven de Theresiakapel, de huidige Smartenkapel. Deze kapel was via een thans niet meer aanwezige wenteltrap bereikbaar. Toen de Antoniuskapel in 1861 een andere bestemming kreeg, keerde het beeld terug in de kloosterkerk, doch niet op het zijaltaar. Het werd op een sokkel tegen een van de wanden geplaatst. In 1931 werd Antonius opgesteld in de houten Gerardusnoodkapel. - Vanaf 1961 staat het Antoniusbeeld in de Ronde Kapel, ter linkerzijde van de afbeelding van O.L. Vrouw van Altijddurende Bijstand. Voor en naast het beeld staan kaarsenstandaards en een offerblok. |
|
Cultusobject |
- Zie voor de St. Antonius van Padua ⟶ Blerick. - Het witgeverfde 18e-eeuwse houten Antoniusbeeld (hoogte 157 cm) stond in de 18e eeuw op het rechterzijaltaar in de kloosterkerk. Antonius is gekleed in het habijt der franciscanen. Hij houdt het Jezuskind op zijn linkerarm. Op de sokkel staat de tekst 'H. Antonius van Padua b.v.o.' - Behalve het primaire cultusbeeld beschikt men nog over een tweede Antoniusbeeld (hoogte 180 cm). Dit houten beeld is in wit-beige geverfd en stamt uit 1847. Het is de pendant van het uit 1732 stammende Franciscusbeeld. Beide beelden staan hoog op consoles rechts en links in het schip van de kloosterkerk. Antonius is als franciscaan uitgebeeld. In zijn linkerhand houdt hij een boek waarop het Jezuskind zit, dat zich tot hem richt. Aan zijn voeten knielt een cherubijntje met een lelietak in zijn handen. |
|
Verering |
- De verering van Antonius van Padua werd na de vestiging van de capucijnen in Wittem in 1729-1733 in hun klooster geïntroduceerd. Het is niet bekend of zij zelf opdracht gaven een beeld te plaatsen, of dat bouwheer graaf Ferdinand von Plettenberg hiervoor zorgde. Antonius was immers in de 17e en 18e eeuw een populaire heilige en hij werd geregeld samen met Johannes Nepomucenus afgebeeld. - Van een bijzondere verering van Antonius en toeloop van bezoekers vanwege deze devotie zijn geen gegevens tot aan het verschijnen van een devotieboekje in 1794. Het boekje werd in Aken gedrukt. Teksten en gezangen waren in het Duits. Omdat het hier geen officieel-liturgisch boekwerk betrof, gebruikte men de lokale volkstaal, het Duits. De uitgave van dit boekje doet vermoeden dat er reeds eerder sprake was van een bloeiende verering, die de capucijnen verder wensten te stimuleren. De viering werd liturgisch ingekaderd rond de Negen Dinsdagen voor Palmzondag. Na de mis was er een speciale godsdienstoefening met het bidden van de litanie tot Antonius en gezangen tot Antonius en Maria. Toen de capucijnen door de Fransen werden verdreven uit het klooster, werd na enkele jaren een deservitor aangesteld. Geruime tijd was dat een ex-capucijn en omstreeks 1830 een seculier priester. Een van de broeders-capucijnen bleef als particulier in het klooster en woonde er nog toen de redemptoristen in 1836 er hun intrek namen. De Antoniusverering bleef blijkbaar bestaan, of de deservitor wenste deze te revitaliseren. In 1828 verscheen namelijk een herdruk van het devotioneel boekje, nu echter zonder vermelding van de capucijnen, die immers formeel niet meer aanwezig waren in Wittem. - De redemptoristen namen de Antoniusverering en de Negen Dinsdagen over. Op deze dinsdagen werd tijdens de mis van 5.30 uur de rozenkrans gebeden met de litanie tot Antonius. Om 9.00 uur was de hoogmis, die werd ingeleid door een speciale prediking over Antonius. In 1857 vermeldt de huiskroniek dat in deze weken ruim 11.000 hosties werden uitgereikt, hetgeen aangeeft dat de Antoniusverering bijzondere aandacht had zowel van de bezoekers als van de redemptoristen. Er konden verschillende motieven bestaan voor deelname aan deze vieringen. Zo bestond er een aanbod van biecht, generale communie, speciale prediking en devotie. Buiten de liturgische viering tijdens deze Negen Dinsdagen en de viering van de feestdag op 13 juni, was er zeker sprake van individuele devotie. Er zijn geen gegevens over georganiseerde groepsbedevaarten. In enkele Zuid-Limburgse parochiekerken - zoals te Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Valkenburg en Vaals - werd de Antoniusverering van de Negen Dinsdagen parochieel overgenomen, hetgeen leidde tot een verdere terugloop van bezoekers uit de regio naar Wittem. - Te Wittem namen sinds 1885 toeloop en aanbod rond de Antoniusverering sterk af. De redemptoristen begonnen vanaf 1893 de verering van hun congregatiegenoot ⟶ Gerardus Majella in Wittem te stimuleren en vanaf 1920 werd alle nadruk op deze heilige gelegd, zodat de Antoniusverering naar de marge verdween. In 1921 kwam de hoogmis op de Antoniusdinsdagen te vervallen en in 1929 liet men de speciale preek achterwege. Rozenkransgebed, litanie en Antoniusgezangen bleven tijdens de vroege mis nog enige tijd in gebruik. In de jaren dertig raakte de viering van de Antoniusdinsdagen in onbruik. |
|
Materiële cultuur |
- Bedevaartboekjes: 1 Dienstägige Andacht zu dem grossen Nothelfer dem heiligen Antonius von Padua. Gehalten bey den Patern Kapuzinern zu Wittem (Aachen 1794); 2 van het boekje uit 1794 verscheen in 1828 een bewerking, met weglating van de vermelding van de capucijnen in de titel; 3 J. Rossmair, Der Pilger nach Wittem. Ein Gebet. Andachts und Erbauungsbuch für römisch-katholische Christen (Gulpen: Alberts, 1878) waarin gegevens over de Antoniusverering te Wittem en enkele algemene gebeden, litanie en gezangen; - Gebedenbundels: algemene gebeden en gezangen voor deze devotie waren opgenomen in bundels rond Maria en/of voor gebruik door de broederschap van de Heilige Familie, enkele voorbeelden: 1 Handboekje van de Aartsbroederschap van de Heilige Familie J.M.J. Kerkelijk opgerigt in de kloosterkerk van den H. Alphonsus te Wittem (Gulpen 1856); 2 J. Bogaerts, Gezangen onzer Broederschappen (Amsterdam: z.n., 1911; 4e dr.); 3 Gezangen in gebruik bij de Aartsbroederschap der Heilige Familie Jesus, Maria, Jozef te Wittem (Gulpen z.j.); 4 Handboekje der H.Familie Jezus, Maria, Jozef ('s-Hertogenbosch 1939, 9e dr.). |
|
Bronnen en literatuur |
Archivalia: Wittem, huisarchief Wittem: 1-4, 666 (met enige verwijzingen naar de activiteiten van de capucijnen in de 18e eeuw). Literatuur: B. Kleinschmidt, Antonius von Padua in Leben und Kunst, Kult und Brauchtum (Düsseldorf: L. Schwann, 1931) p. 277-279; H. Mosmans, Het Redemptoristenklooster Wittem. Een bijdrage tot onze vaderlandsche geschiedenis. 1836-1936 (Roermond/Maaseik: Romen, 1935) p. 161; J.H.M. Evers & P.G.J. Post ed., Historisch repertorium met betrekking tot Wittem als bedevaartoord (Heerlen: HTP, 1986) p. 34, 46, 154, 179, 240, 245, 353. Overige bronnen: KDC BiN-dossier Wittem-Antonius van Padua; Meertens Instituut volkskundige vragenlijst 64a (1993); Zwolle, Wittem-documentatie H. Evers. |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |