Nijmegen, H. Nicolaas van Tolentijn (Tolentino) |
||
Cultusobject: | H. Nicolaas van Tolentijn (Tolentino) | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | 10 september (+octaaf) | |
Periode: | 1937 - 1963 | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | kapel van het augustijnenklooster | |
Adres: | Graafseweg 274, 6532 ZV Nijmegen | |
Gemeente: | Nijmegen | |
Provincie: | Gelderland | |
Bisdom: | 's-Hertogenbosch | |
Samenvatting: | Ofschoon de bedevaart ter ere van Nicolaas van Tolentino reeds in 1937 een aanvang had genomen en ook in de oorlogsjaren, ondanks een gebrek aan vervoersmiddelen doorgang vond, kwam deze pas goed op gang naar aanleiding van het vijfde eeuwfeest van Nicolaas' heiligverklaring in 1946. Tot 1956 organiseerde men twee bedevaartdagen, op 10 september zelf en op de zondag daarna. Vanaf 1960 verminderde de deelname. De augustijnen besloten in 1963 de bedevaartdagen niet meer te organiseren. | |
Auteur: | Albericus de Meijer | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- Het plan om in Nijmegen een augustijnenklooster te vestigen, hangt samen met de stichting van de Katholieke Universiteit in 1923. Maar ook de te krap wordende behuizing van het Monicaklooster te Utrecht was een reden om uit te zien naar een andere plaats. In 1923 werd het landgoed Dennendaal aangekocht, waarop een door architect J. Kayser uit Venlo ontworpen klooster werd gebouwd aan de Graafseweg. Het klooster werd op 12 juni 1925 in gebruik genomen. Vanuit Utrecht verhuisden de theologanten met hun professoren hierheen. Het klooster beschikte ook over een grote tuin waar processies gehouden konden worden. - Voorlopig stelde men zich tevreden met het bouwen van een tijdelijke Nicolaaskapel naast het klooster. Deze kapel werd pas in 1963 vervangen door de tegenwoordige Boskapel van architect G.J.van der Grinten. - In 1973 werden wegens gebrek aan roepingen de kloostergebouwen verhuurd aan verschillende instellingen en betrokken de overgebleven bewoners de aangrenzende villa Dennendaal, Graafseweg 284. |
|
Cultusobject |
- Zie voor deze heilige ⟶ Culemborg, H. Nicolaas van Tolentijn. - In de oude noodkapel, het centrum van de bedevaart, stond een Nicolaasaltaar met een polychroom gipsen beeld van de heilige. In 1949 bouwde men in de processietuin een open kapelletje met rustaltaar, waarop een 1,50 meter hoog keramiek Nicolaasbeeld, vervaardigd door Suitbert de Grauw o.s.a., stond opgesteld. Omdat de jeugd uit de omgeving van het klooster dit beeld had vernield, kwam er in 1956 een nieuw beeld in, dat telkens na de bedevaartdagen werd weggeborgen. Niettemin verdween het beeld definitief in 1963. - Net zoals in de overige augustijnerkloosters waren er ook in Nijmegen relieken van de heilige in eenvoudige houders voor de verering van de gelovigen. |
|
Verering |
- Van de op 10 september 1938 georganiseerde bedevaart vertelt men, dat de toeloop der gelovigen groot was, mede dankzij de aankondiging van de feestviering in De Gelderlander. Ook het toen heersende mond- en klauwzeer in de wijde omstreken van Nijmegen droeg bij aan de hoge opkomst. Ruim 4000 gewijde Nicolaasbroodjes (soms ook koekjes genoemd; ze waren klein en bolvormig; zie voor de betekenis ⟶ Culemborg, Nicolaas, onder Cultusobject) zijn in dat jaar uitgereikt of verzonden. Het jaar daarop had pater Ludovicus Sedelaar o.s.a. een grootse voorbereidingscampagne opgezet: 8000 gedrukte programma's werden verspreid. Ondanks het slechte weer was de kapel meer dan vol. Er werden in totaal circa 9000 gewijde broodjes uitgedeeld en verzonden en een kleine honderd missen besteld. Alles wees erop, dat de geleidelijke groei van de Nicolaasdevotie in de kapel steeds meer zou toenemen. In de oorlogsjaren ging de bedevaart gewoon door, ondanks de moeilijk wordende reisomstandigheden en het feit dat het klooster in 1941 door de bezetter in beslag was genomen en de kloosterbewoners op verschillende plaatsen in en om Nijmegen waren ondergebracht. - Zoals bij de ⟶ Eindhovense Nicolaasbedevaart de fraters-filosofen werden ingezet, zo werden in Nijmegen de fraters theologanten ingeroepen om de vele bedevaartgangers uit de omgeving op te vangen en te helpen bij het uitdelen van gewijde broodjes en gewijd water. Er kwamen pelgrims tot uit Apeldoorn en Deventer. Maar ook Nijmegen zelf was goed vertegenwoordigd. Bij de afsluiting van het jubeljaar (1946-1947) ter ere van het vijfde eeuwfeest van Nicolaas' heiligverklaring was er op de negen maandagen voorafgaand aan 10 september lof met preek en een rozenhoedje voor diverse intenties. Artikelen in de kranten, verspreide programma's en preken in een tiental dorpen hadden de belangstelling voor de bedevaart gewekt. Zowel op 10 september als de zondag daarna overtrof de toeloop van pelgrims alle verwachtingen. Op beide dagen werd er 400 liter koffie geschonken. Uit vragenlijsten blijkt dat het gezamenlijk koffie drinken als een niet onbelangrijk onderdeel van de bedevaart werd ervaren. 's Middags waren er gezongen vespers en was er processie met feestpredicatie in de kloostertuin. - De plotselinge genezing van een vrouw uit Druten en van een tbc-patiënt uit Nijmegen waren de meest opvallende gebedsverhoringen. In de jaren 1950-1956 werden gedurende de beide bedevaartdagen zo'n 10.000 broodjes uitgedeeld en circa 1000 flesjes met aan Nicolaas gewijd water verspreid. Uit volkskundige vragenlijsten blijkt dat Nicolaas voor paarden werd aangeroepen. Het brood diende aan de dieren te worden gegeven om ziekten te voorkomen, met name mond- en klauwzeer, zo schrijft een inwoner uit Druten in 1959. De bedevaartgangers bestonden dan ook voor een groot deel uit boeren. Vanaf 1960 nam de belangstelling snel af. De paters besloten in 1963 de bedevaart te beëindigen. |
|
Materiële cultuur |
- In de jaren vijftig waren er kleine Nicolaasbeeldjes (ca. 25 cm hoog) te koop. Devotioneel drukwerk - 1 In 1947 zijn voor Nijmegen twee aparte, door Lou Manche ontworpen, gekleurde Nicolaasprentjes gedrukt (6,5 x 11 cm; drukkerij Gebr. Janssen Nijmegen). Beide tonen Nicolaas ten voeten uit: de een met kruisbeeld en een boek in de handen, de ander met de handen geheven en op de achtergrond een paard, een koe en een haan, als symbool voor zijn patronaat voor het vee. Op de achterzijde zijn de 'Gebeden bij het gebruiken van het St. Nicolaasbrood' afgedrukt (impr. M.P.J. Möllmann, Haarlem 26 juli 1911); 2 gebedenboekjes, levensbeschrijvingen en prentjes met gebed voor het gebruik van het Nicolaasbrood werden echter voornamelijk betrokken van het klooster te ⟶ Eindhoven; 3 van het rustaltaar met het Nicolaasbeeld zijn zwart-wit prentbriefkaarten gedrukt. |
|
Bronnen en literatuur |
Archivalia: Nijmegen, archief augustijnerklooster Nijmegen: dagboeken van het convent. Literatuur: Analecta Augustiniana Provinciae Neerlandicae 8 (1 april - 31 december 1938) p. 21-22, over de bedevaart in 1938); 11 (1 juli - 30 september 1939) p. 24, over de bedevaart in 1939; 10.3 (1947) p. 36, over de prentjes van L. Manche. Overige bronnen: KDC BiN-dossier Nijmegen-Nicolaas; Meertens Instituut volkskundige vragenlijst 23 (1959). |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |