Kampershoek en Rosveld, H. Antonius van Weert / H. Brigitta van Zweden |
||
Cultusobject: | H. Antonius van Weert / H. Brigitta van Zweden | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | 9 juli; mei; gehele jaar | |
Periode: | Na 1867 - ca. 1975 | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | St. Antoniuskapel binnen de Lambertusparochie | |
Adres: | - | |
Gemeente: | Weert | |
Provincie: | Limburg | |
Bisdom: | Roermond | |
Samenvatting: | Na de heiligverklaring van de 19 Martelaren van Gorcum in 1867 ontstond een verering van een van hen, Antonius van Weert, in het gehucht waar hij geboren was, Kampershoek en Rosveld. In fasen werd een kapel gebouwd die al snel vereerders aantrok uit de regio. In de eerste helft van de 20e eeuw werd de cultus in de kapel nog versterkt met een verering van de H. Brigida. In de jaren zeventig kwam er een einde aan beide vereringen, in 1992 werd de kapel gesloopt. | |
Auteur: | Charles Caspers | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- Het gehucht Kampershoek en Rosveld ligt tussen Weert en Nederweert in, ten noorden van de Zuid-Willemsvaart. Tot 22 maart 1992 stond daar, op de splitsing van de Molenweg met Rosveld, een in neo-gotische stijl opgetrokken kapel die was gewijd aan de H. Antonius van Weert en de H. Birgitta van Zweden (voor de vroegere situering van de kapel zie de kaart bij ⟶ Hushoven). Deze kapel was vanaf 1867 in verschillende fasen gebouwd als ombouw van een eikenhouten veldkruis dat in de 19e eeuw tegenover het (vermeende) geboortehuis (waar tot 1993 een waterpompstation stond) van Antonius van Weert was opgericht. De locatie, op de splitsing Rosveld/Grensweg (later Molenweg), lag op de gemeentegrens tussen Weert en Nederweert. Omstreeks 1898 was er sprake van een min of meer complete kapel; in 1913 en in 1926 werd het bidhuis vergroot. De kapel werd bediend door de franciscanen van het klooster te Weert (de 'Biest'). - In 1992 werd de kapel gesloopt, omdat dit deel van het gehucht werd omgevormd tot een bedrijvenpark dat bij de gemeente Weert werd gevoegd. Tot die tijd bestond het gehucht in feite uit twee kleinere, in elkaar verstrengelde gehuchten: Kampershoek dat tot de gemeente Weert behoorde, en Rosveld dat tot de gemeente Nederweert behoorde. De kapel werd bijna identiek herbouwd (met nieuwe materialen, wel met de oorspronkelijke dakruiter) in Nederweert, aan 't Ven in het buurtschap Boeket. In deze nieuwe kapel is een plaquette aangebracht met de tekst: 'Sinds 1917 stond ik op Rosveld, / door herindeling en industrie, waren mijn dagen geteld. / Bij de gemeente Weert luidden toen de alarmklokken, / en werd voor de verplaatsing f10.000 uitgetrokken. / Boeket en de schutterij waren met mijn lot begaan, / door verenigde arbeid en vele giften, kan ik nu op het voormalig "Ven" staan'. - In 1998 nam Jos Peeters van de 'Stichting Kampershoek en Rosveld' het initiatief om in het bedrijvenpark, nabij de locatie van de voormalige kapel, een nieuwe kapel te bouwen, gewijd aan de H. Birgitta van Zweden en de H. Antonius van Weert. Deze kapel werd gebouwd op een grasveldje tegenover de splitsing Edisonlaan/Franklinstraat. Op zondag 18 juli 1999 werd de door architect Erik Simonse ontworpen roodstenen, van een koperen dak voorziene kapel (hoogte 4,20 m) ingezegend door paters franciscanen en zusters birgittinessen. In het jaar 2000 zal ze door de stichting worden overgedragen aan de gemeente Weert. - Het lindehouten veldkruis (2,50 meter hoog; 1,20 meter breed) met corpus, dat na de heiligverklaring van Antonius bij de wegsplitsing in het gehucht werd geplaatst, kwam in de plaats van een veldkruis dat reeds in de 18e eeuw op deze plek stond, maar dat in de 19e eeuw werd verplaatst naar de Heerweg, waar het nu nog staat. Het jongste van de twee kruisen heeft tot de sloop in 1992 in de kapel gestaan, daarna is het tot 1997 in Kampershoek gebleven waar het was geplaatst op de hoek Caelerweg/Helmondseweg, ter nagedachtenis aan de vele verkeersslachtoffers op dit punt. In 1999 is dit kruis met een kunststofkopie van het corpus tegen de nieuwe door Simonse ontworpen kapel geplaatst; het originele corpus is in bruikleen gegeven aan het Jacob van Hornemuseum te Weert. |
|
Cultusobject |
Antonius van Weert - Antonius van Weert (ca. 1522 - 1572) was afkomstig uit Kampershoek; omdat zijn geboortehuis net binnen de grenzen van de heerlijkheid (en later gemeente) Nederweert zou hebben gestaan - hierover bestaat discussie - wordt hij ook wel Antonius van Nederweert genoemd. Waarschijnlijk heeft hij in zijn jeugd de Latijnse school van Weert bezocht en begon hij zijn noviciaat bij de minderbroeders te 's-Hertogenbosch. Later kwam hij in het franciscanenklooster te Gorcum terecht, waar zijn streekgenoot Hiëronymus van Weert plaatsvervangend overste was. Beide franciscanen werden in 1572, samen met nog 17 andere priesters en kloosterlingen, door de geuzen gevangen genomen en op 9 juli van dat jaar vermoord in een turfschuur bij Brielle (⟶ Brielle). In 1675 werden de 19 martelaren zalig verklaard; op 29 juni 1867 werden zij door paus Pius IX heilig verklaard. Antonius, die in de hagiografie wordt getypeerd als een onvermoeibaar predikant, genoot, samen met Hiëronymus, ook in de Weertse St. Martinuskerk en het franciscanenklooster aldaar (⟶ Weert, Antonius en Hieronymus) een intensieve verering. - Het gepolychromeerde gipsen beeld (ca. 65 cm hoog) van de H. Antonius van Weert is in 1913 door de birgittinessen aan de kapel geschonken. Antonius wordt voorgesteld als een franciscaan (met pij); om zijn nek draagt hij een strop, zijn rechterhand maakt een zegenend gebaar, met zijn linkerarm drukt hij een palmtak tegen zich aan, in zijn linkerhand draagt hij een boek. Het beeld staat anno 1999 in de huidige kapel in het Nederweertse buurtschap Boeket. Birgitta van Zweden - Birgitta van Zweden (1303-1373, feestdag 8 oktober) was van hoge adellijke afkomst; zij leidde een vroom leven, gekenmerkt door godsvrucht tot het lijden van Christus en verering van O.L. Vrouw. In 1316 huwde zij met Ulf Gudmarsson. Zij zouden acht kinderen krijgen. In het heilig jaar 1350, zes jaar na de dood van haar man, vertrok zij naar Rome waar ze tot aan haar dood zou blijven wonen, een verblijf dat wel onderbroken werd door pelgrimages (o.m. naar het Heilige Land). Het kostte haar grote moeite om haar belangrijkste streven te verwezenlijken: het verkrijgen van pauselijke goedkeuring van een nieuwe kloosterorde, waarvan de stichting haar was opgedragen in een visioen. In 1367 verkreeg zij een voorlopige goedkeuring van de orde ('Ordo Sancti Salvatoris': 'Orde van de Heilige Zaligmaker'), in 1378 - vijf jaar na Birgitta's dood, volgde de definitieve goedkeuring. Zij werd opgevolgd door haar dochter Katharina (of Karin, †1380) die in Zweden het grote dubbelklooster Vadstena bestierde. In 1391 werd Birgitta heiligverklaard. Vanuit Vadstena werden andere dubbelkloosters in Europa gesticht, die echter geen van alle de Reformatie zouden overleven. In 1713 werd vanuit Coudewater (Mariënwater) het Birgittinessenklooster Maria-refugie te Uden gesticht. Vanuit Uden werd in 1843 het birgittinessenklooster Maria-Hart te Weert gesticht. In de kunst werd Birgitta vaak afgebeeld als pelgrim of als ordestichteres met (regel)boek. Overigens werden haar attributen - zoals ook in Weert het geval is - verward met die van de H. Brigida van Kildare. - Een gepolychromeerd gipsen beeld (ca. 65 cm hoog) van de H. Birgitta van Zweden werd tegelijk met het beeld van Antonius door de birgittinessen aan de kapel is geschonken. Dit beeld is even groot en in dezelfde stijl vervaardigd als het Antoniusbeeld. Birgitta wordt voorgesteld als birgittines, te herkennen aan het typische hoofddeksel (een kroon met vijf rode stippen die verwijzen naar de kruiswonden van Christus) van deze kloosterorde. Met haar rechterhand maakt zij een zegenend gebaar, in haar linkerhand draagt zij een rozentak. Aan haar linkervoet ligt een klein rund of kalf, een verwijzing naar Brigida van Kildare als patrones van het vee. In feite is dit beeld een gecombineerde voorstelling van de H. Brigida van Kildare en de latere H. Birgitta van Zweden (1302-1373), stichteres van de orde der birgittinessen (vgl. ⟶ Baarlo, Odilia, waar eveneens twee heiligen tot een persoon worden gecombineerd). |
|
Verering |
- De verering van Antonius te Kampershoek en Rosveld is waarschijnlijk snel na de heiligverklaring in 1867 ontstaan. Ter gedachtenis aan de nieuwe heilige werd het lindehouten veldkruis van een stenen ombouw voorzien. Dankzij de gaven van de inwoners van het gehucht kon vanaf circa 1870 worden begonnen met de bouw van het eerste deel van de kapel, die geleidelijk tot het middelpunt werd tussen Rosveld en Kampershoek. De 20e-eeuwse vergrotingen waren nodig omdat de kapel steeds meer bezoekers trok uit de regio. Peeters (1999) vermeldt dat er volgens de overlevering een 'soort bedevaartplaats' ontstond. De eerste helft van de 20e eeuw geldt als de bloeiperiode van de cultus, die onder meer gekenmerkt werd door een regionale, maar levendige bedevaart. Volgens de overlevering werd er diverse malen in de maand juli - omstreeks de feestdag van de Martelaren van Gorcum - een processie gehouden vanaf de Biest (de franciscanenkerk in Weert) naar de kapel. - Dat het gehucht een bedevaartoord werd, is, behalve aan Antonius, ook te danken aan de verering van St. Birgitta. In 1913 werd de uit Rosveld afkomstige Antonetta Nijs geprofest in het birgittinessenklooster Maria-Hart te Weert waar zij de naam Maria Birgitta van de H. Franciscus aannam. Ter gelegenheid hiervan schonken de birgittinessen schilderijen (van Antonius van Weert en Birgitta van Zweden) en beelden (van Antonius van Weert en Brigida van Kildare) aan de kapel. Birgitta wordt voorgesteld met een koetje; blijkbaar werd zij in de regio beschouwd als een patrones van het vee. Vooral omdat in deze periode onder het vee regelmatig miltvuur heerste, nam de reeds bestaande toeloop naar de kapel - vooral van boeren - nog verder toe. Zo werd Rosveld in de omgeving bekend om de 'kapel van St. Birgitta'. - Ofschoon de culten van Antonius en Birgitta elkaar versterkt hebben, en de laatstgenoemde heilige in bepaalde jaren waarschijnlijk de populairste van de twee was, was de bedevaart naar de kapel toch vooral aan Antonius te danken. Op de eerste plaats omdat uit zijn cultus de kapel was voortgekomen; op de tweede plaats vanwege de geestelijke ondersteuning van de paters franciscanen van Weert (op de Biest). De paters kwamen veel op bezoek in het gehucht en verzorgden ook de liturgie in de kapel. Tot in de jaren zeventig werden door hen nog missen gelezen in de kapel. - In het begin van de jaren zeventig raakte de kapel in verval. Buurtbewoners ondernamen in 1975 nog een reddingspoging. De kapel werd opgeknapt, de beelden werden overgeschilderd, de kaarsentafel werd van een extra voorraad voorzien om bezoekers in de gelegenheid te stellen een kaarsje op te steken en er werden nieuwe afspraken gemaakt met de paters op de Biest om missen in de kapel te vieren. Dit alles kon echter niet verhinderen dat de bezoekersstroom stilviel. Na genoemd jaar was het gedaan met de devotie en bedevaart; de kapel raakte ten prooi aan vernielingen en bleef vervallen tot de sloop in 1992. |
|
Materiële cultuur |
- 1 Een olieverfschilderij (63 cm hoog; 50 cm breed) van de H. Antonius van Weert werd in 1913 aan de kapel geschonken door de birgittinessen van Weert. Dit schilderij bevindt zich in de huidige kapel in het Nederweertse buurtschap Boeket. Antonius wordt afgebeeld als franciscaan ten halve, om zijn hoofd is een aureool te zien. Met zijn rechterhand maakt hij een zegenend gebaar, met zijn linkerhand houdt hij een opengeslagen boek vast, op de kaft van het boek staat de tekst 'H. Antonius van Weert, bid voor ons'. Dit schilderij is vervaardigd door de Zweedse edelvrouw Charlotte Sophia Ehrenpol (1841-1914), die zich in 1873 bekeerde tot het katholieke geloof en intrad in een Duits birgittinessenklooster waar zij de kloosternaam Maria Catharina aannam. In 1877 trad zij in in het klooster Maria-Hart te Weert; 2 Het minderbroedersklooster op de Biest bezit een schilderijtje (olieverf) waarop Antonius wordt afgebeeld met het onderschrift 'Antonius Nederwerthensis Martyr Gorcomiensis' ('Antonius van Nederweert, martelaar van Gorcum'); 3 een olieverfschilderij van de H. Birgitta van Zweden is eveneens door zuster Maria Catharina vervaardigd en tezelfdertijd met het schilderij van Antonius (nr. 1) en de twee beelden (zie bij Cultusobject) aan de kapel geschonken. Birgitta wordt afgebeeld als birgittines ten halve; om haar hoofd is een aureool te zien, met haar rechterhand heft zij een crucifix omhoog, haar linkerhand rust bij een klein Mariabeeld op een opengeslagen boek met daarin een tekst over de 'Heilige Rozenkrans'; 4 de huidige kapel in Nederweert, in het buurtschap Boeket, beschikt, behalve over de reeds genoemde beelden en schilderijen, over een aantal beeldjes e.d. die afkomstig zijn uit de in 1992 gesloopte kapel. |
|
Bronnen en literatuur |
Literatuur: De H.H. Hieronymus en Antonius vam Weert, twee der 19 beroemde Martelaren van Gorcum, met eenige aanteekeningen, eene novene en litanie, ter eere van die heiligen, geïllustreerd met hunne portretten en een afbeelding van het wonderbare bloemtakje (Weert: Emm. Smeets, 1894) p. 64-106; W. Nolet, Katholiek Nederland. Encyclopaedie, dl. 2 (Den Haag: Ten Hagen, 1932) p. 166-167; Gedenkboek uitgegeven bij de gelegenheid van het eeuwfeest van den terugkeer der Paters Minderbroeders in hun klooster op de Biest te Weert 1836 - 17 april 1936 (Heerlen: Limburgsch Dagblad, 1936) p. 12; August J.M. Rottier, Maria-Hart te Weert. Het geschiedverhaal van een Birgittijnsche stichting (Voorburg: Die Haghe, ca. 1943) p. 65-72, 76, over Charlotte Sofie Ehrenpohl (zuster Catharina); 'Birgitta van Zweden', in: De katholieke encyclopaedie, dl. 5 (Amsterdam: Joost van den Vondel / Antwerpen: Standaard, 1950) k. 156-158; D. de Lange, De martelaren van Gorcum (Utrecht/Antwerpen: Spectrum, 1954) p. 68, 267; Igino Cecchetti, Maria Chiara Celletti & Maria Vittoria Brandi, 'Brigida di Svezia', in: Bibliotheca Sanctorum, dl. 3 (Roma: Città Nuova, 1963) k. 439-533; V. Mayr, 'Birgitta von Schweden', in: Lexikon der christlichen Ikonographie, dl. 5 (Rome etc.: Herder, 1973) k. 400-403; 'Aod Nieëwiert 12: Baeverte', in: Weekblad voor Nederweert, 22 januari 1981, vermelding Brigida; L.C.B.M. van Liebergen ed., Birgitta van Zweden 1303-1373. 600 jaar kunst en cultuur van haar kloosterorde (Uden: Museum voor Religieuze Kunst, 1986); Huub Janssen, 'Kapellen, kruisen en andere uitingen van volksvroomheid in de gemeente Nederweert', in: Alfons Bruekers ed., Nederweerts verleden. De kerk in het midden (Nederweert: Stg. Geschiedschrijving Nederweert, 1987) p. 17-19; Tore Nyberg, 'Birgitta von Schweden', in: Lexikon für Theologie und Kirche, dl. 2 (Freiburg etc.: Herder, 1994) k. 478-479; Rogier 't Hoen, 'Niet die van Padua', in: Met kap en koord (1996) nr. 4, p. 8-10; Jos Peeters ed., Kampershoek en Rosveld. Van agrarisch gebied naar bedrijvenpark (Weert: Stg. Kampershoek en Rosveld, 1996) p. 45, 89-99; F. van Galen, 'Krijgt "Kampershoek en Rosveld" zijn kapel?', in: De Sleutel (november 1998) p. 20; Jos Peeters, Monument voor de toekomst. Van veldkruis tot Birgitta- en Antoniuskapel (Weert: Stg. Kampershoek en Rosveld, 1999). Overige bronnen: KDC BiN-dossier Weert-Antonius van Weert; informatie in 1999 van dhr. J. Peeters uit Weert. Documentatie over Brigitta, uit de collectie J.A. Bomans, opgenomen in BiN-dossier (acquisitie 2012) |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |