Nieuwenhagen, H. Odilia van de Elzas |
||
Cultusobject: | H. Odilia van de Elzas | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | 24 mei (+ octaaf) | |
Periode: | Ca. 1843 - ca. 1960 | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | Parochiekerk van O.L. Vrouw Hulp der Christenen | |
Adres: | Hoek Heigank en Pastoor Custerspad, Nieuwenhagen | |
Gemeente: | Landgraaf | |
Provincie: | Limburg | |
Bisdom: | Roermond | |
Samenvatting: | De Odiliaverering die na de verwerving van relieken in 1843 in de parochie Nieuwenhagen werd geïntroduceerd, vond plaats op het patroonfeest van de kerk op 24 mei. Bedevaartgangers uit de regio van Nieuwenhagen kwamen er tot in de jaren dertig van de 20e eeuw gewijd water halen. | |
Auteur: | Antoine Jacobs | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- Nieuwenhagen (eerste vermelding in 1213) werd in 1802 een zelfstandige gemeente. Sinds 1980 zijn Schaesberg, Nieuwenhagen en Ubach over Worms in de nieuwe gemeente Landgraaf opgegaan. - Kerkelijk werd Nieuwenhagen in 1831 onafhankelijk. De nieuwe parochie begon in 1832 met de bouw van een kerk naar een ontwerp van bouwmeester Severin Beugels uit Oirsbeek. Door allerlei verwikkelingen kwam deze kerk, die toegewijd werd aan O.L. Vrouw Hulp der Christenen, pas in 1840 gereed, op de hoek Rötscherweg-Haanweg. Het is een eenschepig bakstenen neoclassicistisch bouwwerk met een dakruiter. Deze kerk is tot 1917 als parochiekerk in gebruik geweest; in 1999 deed ze dienst als horeca-etablissement. - In de jaren 1916-1917 werd op circa 30 meter afstand tegenover de oude kerk door de Maastrichtse architect van J.H.H. van Groenendael een bakstenen neoromaanse kruisbasiliek gebouwd. - Op 24 mei 1997 werd in de 'nieuwe' kerk van Nieuwenhagen een aparte Odiliakapel (ca. 3 x 2 m) ingezegend. Deze is gesitueerd in de noordelijke transept-arm. Links van het beeld staat een tafeltje met flesjes Odiliawater. Ter rechterzijde staat een koperen ketel met Odiliawater, waaruit de bezoekers naar believen zelf water kunnen scheppen. Voor het beeld staat een kaarsenbak. |
|
Cultusobject |
- Voor St. Odilia zie ⟶ Baarlo. - In 1843 ontving de parochie Nieuwenhagen uit het Franse Oberehnheim in de Elzas een stukje uit de rechterarm van Odilia van de Elzas. Het bewijs van echtheid van de Nieuwenhaagse Odiliareliek is gedateerd op 24 februari 1842 en ondertekend door rector B.I. Oberlé van de parochie Oberehnheim. De reliek zit in een kleine, zilveren, ovale theca (2,9 x 3,4 cm). Het botpartikel is gewikkeld in een stukje witte zijde en het tekststrookje vermeldt: 'Odiliae'. Onder de theca zit nog het voetstuk waarmee de theca in de reliekhouder kan worden gezet. Deze reliekhouder werd echter in 1983 gestolen. - In de Odiliakapel staat een 19e-eeuws neogotisch, gepolychromeerd terracotta beeld (121 cm hoog) van de H. Odilia van Keulen. Odilia is staande afgebeeld met een kroon op haar hoofd. Zij draagt een lang groen kleed. In haar linkerhand houdt zij een schaaltje met daarop twee ogen. - Een 18e-eeuws houten Odiliabeeld (ca. 130 cm hoog) werd in 1918 op zolder aangetroffen en vervolgens door het Roermondse atelier van Jos. Thissen gerestaureerd. Waarschijnlijk is de kelk, het attribuut van Odilia van de Elzas, vervangen door een monstrans, het attribuut van de H. Clara. In de oude inventarislijsten van de parochie en in de Voorlopige lijst van de monumenten van geschiedenis en kunst wordt enkel een 18e-eeuws Odiliabeeld genoemd, geen beeld van Clara. Dit beeld stond in 1999 in een nis aan de rechterzijde van het priesterkoor. Afgezien van enig verguldsel is het ongepolychromeerd. |
|
Verering |
- Sinds de oprichting van de parochie in 1832 werd elk jaar O.L. Vrouw Hulp der Christenen, de patrones van kerk en parochie, op 24 mei in Nieuwenhagen gevierd. Deze datum werd later ook bepalend voor de Odiliaverering (in plaats van de Odiliafeestdagen 18 juli en 13 december; vgl. ⟶ Baarlo). In 1840 vroeg de pastoor aan apostolisch-vicaris Paredis om relieken van de H. Odilia opdat die gedurende het octaaf eveneens vereerd konden worden, omdat 'ook in deze omstreken vele menschen met oogenziekte besmet zijn en derhalve naar andere landstreken bedevaarten doen tot vereering der reliquien van de heilige Odilia'. Omstreeks mei 1843 kwam de parochie Nieuwenhagen in het bezit van een Odiliarelikwie. De bisschoppelijke goedkeuring tot openbare verering werd op 2 maart 1842 te Straatsburg verleend en op 4 mei 1843 te Roermond bevestigd. Waarschijnlijk is in die jaren het 18e-eeuwse cultusbeeld aangeschaft en heeft men dat aan het einde van de 19e eeuw vervangen door het neogotische beeld. - Hoe de Odiliaverering zich in de loop van de 19e eeuw verder ontwikkelde, is niet bekend. Tot in de jaren twintig van de 20e eeuw kwamen echter mensen uit de omgeving op 24 mei naar Nieuwenhagen om Odilia te vereren en vandaar gezegend Odiliawater mee naar huis te nemen. De proclamanda van de jaren 1926-1932 vermelden dat er op die dag drie missen waren met om 15.00 uur vespers en om 18.30 uur completen. Tussendoor was er aanbidding van het H. Sacrament dat reeds om 6.00 uur 's morgens was uitgesteld. Gedurende het octaaf waren de diensten zoals op zondag en was er elke dag na de missen reliekverering. - Het bedevaartkarakter schijnt volgens zegslieden vanaf de jaren twintig en dertig van de 20e eeuw langzaam te zijn teruggelopen. Na elke mis was er gelegenheid om de reliek te vereren. De Odiliaverering werd in toenemende mate een parochiële gebeurtenis. De verering van Odilia raakte in de loop der jaren zestig op de achtergrond, maar is nooit helemaal verdwenen. De Odiliaverering vond in 1999 plaats op de zondag naastbij 24 mei. Na de missen was er gelegenheid om de relikwie te vereren en Odiliawater mee te nemen. Nog steeds vragen mensen uit Nieuwenhagen, uit de overige delen van de gemeente Landgraaf en uit Kerkrade de pastoor of Odiliawater verkrijgbaar is. |
|
Materiële cultuur |
Devotioneel drukwerk - Prentje: devotieprentje (10,5 x 15 cm) in fotokopie (1997?) met aan de voorzijde een afbeelding van de H. Odilia van de Elzas, afgebeeld als moniale met een kruisstaf waaraan een vaantje hangt met twee ogen. Aan de achterzijde staan drie gebeden tot de H. Odilia van Keulen, die als maagd, martelares en gezellin van de H. Ursula getypeerd wordt. De afbeelding op het prentje is overgenomen van dat van ⟶ Baarlo. |
|
Bronnen en literatuur |
Archivalia: Nieuwenhagen, parochiearchief O.L.Vrouw Hulp der Christenen: inv. nrs. 8, 255, 286, 294. Roermond, bisdomarchief: 'Inventaris kerkelijk kunstbezit parochie H. Hubertus Nieuwenhagen'. Literatuur: Jan Kalf, De katholieke kerken in Nederland (Amsterdam: Van Holkema & Warendorf, 1906) p. 548; Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst, dl. 8 (Den Haag: Algemeene Landsdrukkerij, 1926) p. 342; H.J. Spierts, 'Nieuwenhagen', in: Het land van Herle. Jubileumboek 1950-1960 (Heerlen: Het Land van Herle, 1961) p. 157-174; H. Meens, Nieuwenhagen: kapel, hulpkerk, rectoraat, parochie (Nieuwenhagen 1967); J. L'Ortije, Nieuwenhagen: van kapel tot parochie (Nieuwenhagen 1981); J. L'Ortije, 'Het patrocinium van de parochie Nieuwenhagen', in: Jaarboek Oudheidkundig Cultuurhistorisch Genootschap Landgraaf 7 (1991) p. 43-56; J. L'Ortije, 'Johan Gerard Klausener: pastoor te Nieuwenhagen van 1837-1874', in: Jaarboek Oudheidkundig Cultuurhistorisch Genootschap Landgraaf 7 (1991) p. 57-66. Overige bronnen: KDC BiN-dossier Nieuwenhagen; mondelinge informatie in 1999 van pastoor L.F.M. Terranea, oud-kerkmeester J. L'Ortije. |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |