Steijl, H. Rochus |
||
Cultusobject: | H. Rochus | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | 16 augustus (+ octaaf) | |
Periode: | 1854 - ca. 1960 | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | Rochuskapel in de parochiekerk van de H. Rochus | |
Adres: | Rozenstraat 16, 5935 AN Steijl | |
Gemeente: | Tegelen | |
Provincie: | Limburg | |
Bisdom: | Roermond | |
Samenvatting: | Een uit het Ancien Régime daterende Rochusverering in Steijl ontwikkelde zich in de tweede helft van de 19e eeuw tot een regionale bedevaart. De verering bleef tot omstreeks midden 20e eeuw bestaan. | |
Auteur: | Peter Jan Margry | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- In de 15e of 16e eeuw werd in Steijl een Fabianus- en Sebastianuskapel gebouwd. Dit gebouwtje is in de 17e eeuw vervangen door een Rochus- en Sebastianuskapel. Pastoor Nicolaas Smeets van Tegelen, de parochie waaronder de kapel ressorteerde, schreef in 1756 aan de vicaris-generaal dat deze kapel daar in 1678 was gebouwd met steun van de inwoners van het dorp, hetgeen ook zou zijn uitgebeeld in een van de gebrandschilderde ramen. De eigenlijke stichter was de in de regio aanzienlijke familie Ronck, van wie Jacques Ronck dat jaar burgemeester van Tegelen was. - De kapel werd in 1835 vergroot en bleef nog korte tijd in gebruik nadat zij op 17 november 1855 tot hulpkapel van Tegelen was verheven. Frans van Haeff werd er de eerste rector. In 1857 werd begonnen met de bouw van een nieuwe kerk, op enige afstand van de kapel. De kapel werd vervangen door een eenbeukige neogotische rectoraatskerk van de hand van architect C. Weber. De kapel werd in 1860 verkocht aan de firma Adreas Kreykamp, die er een tabaksfabriek in onder bracht. Later werd een nieuwe fabriek gebouwd op de plaats waar de kapel stond. - De groei van de parochie maakte in de 20e eeuw weer een grotere kerk noodzakelijk. Naar een ontwerp van architect Frans H. Stoks uit Venlo werd daarom onder rector P. Windhausen in 1930-1931 een nieuwe bakstenen kerk gebouwd, die in 1933 een zelfstandige parochiekerk werd (voor een kaartje, zie ⟶ Steijl, Arnold Janssen). - Deze laatste kerk werd uitgerust met devotie- en transeptkapellen: links (vanaf de ingang) die van Maria en Rochus en rechts die van Jozef en Theresia van Lisieux. Momenteel is rechts van de ingang de devotiekapel van de H. Rochus (daartegenover, links, bevindt zich nog steeds de Mariakapel). De kaarsenstandaard in de Rochuskapel stond vroeger bij het Mariabeeld. Tegen de muur is een offerblok voor St. Rochus bevestigd. - De in grootte middelste klok (ø 86 cm), gemaakt in het jaar 1965, werd aan Rochus toegewijd en draagt de tekst 'Beate Roche patrone huius ecclesiae protege parochianos huius vici atque libera illos a morbis nocivis et contagiosis' ('Heilige Rochus, patroon van deze kerk, bescherm de parochianen van dit dorp en bevrijd hen van schadelijke en besmettelijke ziekten'). - In 1946 werd de nieuwe r.k. jongensschool naar St. Rochus vernoemd. |
|
Cultusobject |
- Zie voor St. Rochus ⟶ Bunde. - Een botpartikel van Rochus is gevat in een zilveren theca (ø 7 cm) en voorzien van de tekst 'Rochi in Peste Patr.' De zilveren reliekhouder waarin de theca kan worden vastgezet is 19e-eeuws en 31 cm hoog. Deze reliek werd op 17 oktober 1853 door de parochie verworven dankzij de tussenkomst van een zekere P.M. Canoij 'chef de station du chemin de fer' te Mechelen (B). Bisschop Paredis van Roermond gaf de formele toestemming tot openbare verering. In 1854 werd een 'reliekkast' en een voetstuk bij de firma Boermans besteld. - Een 17e/18e-eeuws gepolychromeerd houten beeld van Rochus (87 cm hoog) staat op een piëdestal in de sacristie. De staf in de hand van de heilige is later vernieuwd. Dit beeld schijnt vroeger als het cultusbeeld te hebben gefungeerd. Rochus draagt een pelgrimsgewaad dat hij met zijn rechterhand optilt om de pestbult op zijn been te tonen. - Het neogotische Rochusbeeld (132 cm hoog) in de devotiekapel in de kerk is eveneens van gepolychromeerd hout en dateert uit de tweede helft van de 19e eeuw. |
|
Verering |
- De verering van de H. Rochus schijnt in Steijl in het laatste kwart van de 17e eeuw te zijn begonnen, na de bouw van een Rochuskapel in 1678 naar aanleiding van een dysenterie-epidemie kort tevoren. Het 17e-eeuwse Rochusbeeld in de sacristie van de kerk lijkt op een dergelijke oude traditie te duiden. Er zijn echter geen schriftelijke bronnen die meer inzicht in een mogelijke devotiepraktijk uit die tijd kunnen bieden. Pas met betrekking tot de tweede helft van de 19e eeuw wordt een Rochusdevotie met bedevaart zichtbaar. - Na de verwerving van de reliek in 1853 vond op het daaropvolgende Rochusfeest, 16 augustus 1854, voor het eerst een reliekverering plaats. Afgezien van het Rochusoctaaf mocht vanaf april 1855 deze reliek ook op alle dinsdagen worden vereerd. Een rekening in het parochiearchief toont de offergaven in de jaren 1854-1860. In 1854 werd ⨍29,06 geschonken, maar in 1860 nog slechts ⨍1,98. Het bedevaartkarakter was toen goeddeels verdwenen. Tijdens het rectoraat van Joannes de Gruyter, de opvolger van Van Haeff, verleende paus Pius IX op de 28e oktober van het beruchte cholerajaar 1866 een volle aflaat, te verdienen na een bezoek aan de Rochuskerk tijdens de dagen van het octaaf. Na verlof van bisschop Paredis op 21 november werd tijdens een volksmissie, op 30 december 1866, in Steijl een broederschap van de H. Rochus opgericht, in de hoop de leden betere bescherming tegen de ziekte te kunnen bieden. De feestweek vond in die jaren plaats op 16 augustus en gedurende het daaropvolgende octaaf. Aan het einde van de 19e eeuw werd dat veranderd in de periode van de zondag voor tot en met de zondag na 16 augustus. - In 1894 schreef rector Hubertus Gudden: 'De toeloop van vreemden is merkelijk grooter geworden dan andere jaren; zeker een gevolg van de heerschende c[h]olera in Maastricht'. Ook in de volgende jaren nam dit aantal verder toe. In 1895 deelde de pastoor zo'n 500 communies uit, een aantal dat in het begin van de 20e eeuw stabiel bleef en in 1905 tot zo'n 700 was toegenomen. In 1907 schreef Gudden dat het ruime batige saldo van de St. Rochuskas zo'n ⨍250,- bedroeg, waarvan ⨍200,- in de kas van de bewaarschool werd gestort. In 1908 schreef hij 'De toeloop van pelgrims was dit jaar zeer groot, zoodat meer dan 700 H. Communies werden uitgedeeld'. Maar ook de opkomst van de eigen parochianen was sterk, 'getrouw aan de traditie' bleven ook zij Rochus' voorspraak inroepen. De hymne 'Ave Roche' werd er gewoonlijk gezongen. - Ter assistentie tijdens de octaafweek kwam elk jaar een franciscaner pater uit Venray om de viering te leiden en daarbij een of tweemaal per dag te preken; in 1928 noteerde de rector daarover: 'kost niets'. Op 16 augustus zelf waren de missen vooral bedoeld voor hen die van buiten Steijl kwamen; op de zondagen daaromheen waren de vieringen meer parochieel gericht. - In 1931 noteerde rector Paulus Windhausen dat van 15 tot 23 augustus het octaaf werd gevierd: 'succes zeer middelmatig evenals predikant'. Op de feestdag zelf kwam dat jaar evenwel nog een processiebedevaart uit Blerick. De tegenvallende viering van 1931 was mogelijk de reden dat in 1933 het octaaf niet werd gevierd, maar dat er van 12 tot 20 augustus een 'eucharistische week' werd gehouden, met elke dag uitstelling van het H. Sacrament en predikaties door de paters over de eucharistie. Niettemin is de Rochusverering daarna weer teruggekomen, zoals blijkt uit latere krantenberichten. In 1962 berichtte een krant over de verering rond de patroon 'tegen besmettelijke en andere ziekten' te Steijl. Toen was er nog steeds sprake van reliekverering en werd er (Rochus-)water gezegend. - In de laatste jaren van de 20e eeuw was de viering van het Rochusfeest, in verband met de vakanties, verplaatst van de zondag na St. Rochus naar de laatste zondag van augustus. Op die dag en gedurende het octaaf werd in 1999 het beeld voor in de kerk geplaatst naast het altaar. Pastoor H.C.M. Kuijs s.s.s. probeerde weer de parochie wat meer bij de heilige te betrekken, door een was feestelijker viering dan gebruikelijk. Uit de reacties bleek hem dat de parochianen zich nog met St. Rochus verbonden voelen. De devotie voor de heilige was toen reeds decennialang vrijwel geheel parochieel. Slechts nog een enkeling binnen de parochie riep de heilige in bij specifieke problemen. - Als vereringspendant - immers ook een heilige tegen besmettelijke ziekten - zijn in de kerk een 17e-eeuws en een 19e-eeuws St. Sebastianusbeeld en een reliek van de heilige aanwezig. De reliek werd in 1858 door burgemeester L. de Rijk aan de kapel geschonken en op 19 januari 1859 voor het eerst publiek vereerd. Tot in de 20e eeuw werden wel eens Sebastianusmissen opgedragen, maar van een cultus zoals rond de H. Rochus is geen sprake geweest. |
|
Materiële cultuur |
Devotioneel drukwerk - Korte levensbeschrijving van de H. Rochus ter gelegenheid van de oprichting van de broederschap in de St. Rochuskerk te Steyl op 30 december 1866 (1904; 23 p.; coll. gemeentearchief Venlo). |
|
Bronnen en literatuur |
Archivalia: Steijl, parochiearchief, inv.nrs. 40, 41, memoriaal 'Rectoraat Steijl 1892' en 'Memorandum [1945-1981]'. Roermond, bisdomarchief: [J. Rouwet], Inventaris van het kerkelijk kunstbezit van de Parochie H. Rochus te Steijl (Roermond 1975). Literatuur: A.J. van der Aa, Aardrijkskundig woordenboek van Nederland, dl. 10 (Gorinchem: Noorduyn, 1848) p. 741; G. Peeters, Chronologische beschrijving van Tegelen benevens aanteekeningen over Belfeld en Steyl (Roermond: Romen, 1876) p. 54-55; Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel VIII De provincie Limburg (Den Haag: Algemeene Landsdrukkerij, 1926) p. 458; Th.W. J. Driessen, Geschiedenis van Tegelen (Tegelen: kring St. Plechelmus, 1952) p. 257, 269-273; 'St. Rochusfeest Steyl', in: Dagblad van Noord-Limburg, 10 augustus 1962; Th.W.J. Driessen & J.J. Daemen, De Sint Rochuskapel op de Kamp. Haar stichter Derck Daemen en zijn familie, met aantekeningen over Well, Bergen en Ayen (Well: Sint Rochusstichting op de Kamp, 1965) p. 76-78; Th. W. J. Driessen, Geschiedenis van de St. Urbanusparochie te Belfeld (Belfeld: comité 400 jaar parochie Belfeld, 1971) p. 263, bedevaarten vanuit Belfeld; Sjeng Stôffels [= Sjeng van den Eike], Ich kên mich nog good herinnere (Tegelen: De Mercuur, 1976) p. 105-107, beschrijving in dialect van de Rochuskerk; P.W.J. Poeth, 'Sint Rochus, patroonheilige van Steyl', in: Ôs Tegele (1982) p. 70; Hen Camps, Steyl: prenten met een praatje (Venlo: Dagblad voor Noord-Limburg, 1982, p. 102-117; E. Tielemans, Volksgeneeskunde in Limburg. Een bibliografie (Limbricht: Limburgs Volkskundig Instituut, 1986) p.28, nr. 46, naar Camps; V. Delheij & A. Jacobs, Kerkenbouw in Limburg 1850-1914. Neogotische en neoromaanse parochiekerken en hun architecten (Sittard: Stg. Charles Beltjens, 2000) p. 32-34. Stop-licht, contactblad St. Rochusparochie, oktober 1970 - heden. Overige bronnen: KDC BiN-dossier Steijl-Rochus. |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |