- Omstreeks 1938 ging Carol Schade (1909-1977), een Haarlemse rentenier (grootaandeelhouder Haarlemsche Autocentrale) met relaties in de textiel, op het landgoed ‘De Hooge Braaken’ in Moergestel wonen. Toen hij kort daarop ‘op wonderbaarlijke wijze’ in Brussel een zwaar auto-ongeluk had overleefd, beloofde hij op zijn landgoed een Mariakapel te bouwen. Ze werd in 1939 naar een ontwerp van architect W.A.M. van der Ven uit Velp (Gld.) gebouwd, naar men zegt naar het voorbeeld van een Mariakapel die Schade direct na zijn ongeluk in Brussel zou hebben opgemerkt. De kapel werd op 8 december 1939 door pastoor Janssen (pastoor van 1921 tot 1947) ingezegend.- De kapel ligt binnen de buurtschap Vurhaai in een bosrijke omgeving aan de weg van Moergestel naar Oisterwijk. Het is een eenvoudige, eenbeukige kapel met halfrond gesloten apsis, opgetrokken in baksteen en gewit. De ruimte voor publiek meet slechts 3,00 m (breed) x 2,85 m (diep) meter en er zijn niet meer dan acht knielplaatsen, waarvan vier tevens met een zitplaats. De kapel heeft een zadeldak en een dakruiter met klokje. Boven de ingang staan de woorden ‘Ave Maria’. In de kapel hangt een Mariagebed, dat begint met de woorden: ‘O Maria Regina Pacis, zie mij hier neergeknield’. De kapel maakt deel uit van de bakstenen entreepoort met ezelsrugmuur van het landgoed ‘De Hooge Braaken’. Tot twee keer toe heeft men plannen gehad om de kapel uit te breiden. Reeds in 1943 maakte architect M. van den Biggelaar uit Berkel daarvoor tekeningen. In 1957 deed architect Jan Strik uit Boxtel opnieuw voorstellen tot uitbreiding. Het bestuur van de stichting vreesde echter ‘dat dit de kapel niet ten goede komt.’ Sinds 2001 is de kapel een rijksmonument. - Aan de voorkant van de kapel is een steen ingemetseld met een Mariafiguur met kind, waarop de datum van inzegening staat en de vermelding dat de kapel is toegewijd aan O.L. Vrouw. Pas na de Tweede Wereldoorlog werd de kapel specifiek aan O.L. Vrouw van de Vrede toegewijd. In mei 1950 werd in de kapel een gedenkplaat onthuld met de namen van 35 Nederlandse militairen, verzetsmensen en geallieerde militairen die tijdens de oorlogsjaren in Oisterwijk en Moergestel hun leven hebben gegeven, ‘In trouw aan plicht en Vaderland, voor vrijheid, vrede en recht’. - De regeling van het beheer van de kapel leverde nog enige problemen op. Toen Schade eind 1941 de statuten van de kapel had ingezonden, liet het bisdom aan pastoor Janssen weten, dat het beheer te veel aan Schade werd overgelaten. Als publiek toegankelijke kapel gaf het bisdom er de voorkeur aan dat ze aan de parochie werd overgedragen. Op 9 februari 1942 keurde bisschop Diepen na lange aarzeling deze statuten toch goed, omdat bepaald was dat de parochie de kapel na het overlijden van Schade alsnog in eigendom zou krijgen. De pastoor hield sowieso de regeling van de eredienst (godsdienstoefeningen, processies, kaarsenbranden enz.), het beheer en onderhoud bleef bij Schade. In 1957 werd door Schade van de Mariakapel een stichting gemaakt en na diens dood in 1977 kwam de kapel in bezit van de parochie. - Voor het feitelijke onderhoud en verzorging van de kapel is van 1963 tot ca. 2000 zorg gedragen door Jan en Dien Hoosemans-van Summeren. De kapel heeft haar uitstraling voor een deel te danken aan de voortdurende zorg van dit echtpaar. - Er waren vernielingen of brandstichtingen in 1971, 1978, 1979, 1980, 1986, 1989 en 1992, waarvan vooral de laatste vernietigend was. In drie weken tijd werd de kapel toen met vereende krachten en dankzij giften weer opgebouwd. Er werd toen een stalen hekwerk vóór de apsis aangebracht en een alarminstallatie gemonteerd. Er bestaan geen aanwijzingen voor iets als een rituele schending van de kapel of aggressie jegens de kerk, het lijkt om vandalisme te gaan. Toen er 2001 daar opnieuw sprake van was, heeft het parochiebestuur besloten de kapel, die dag en nacht open is, tijdens risicoavonden (weekeinden, carnaval en kermis) te sluiten.
|