- In 1934 werd in de nog jonge Stephanuskerk, op verzoek van pastoor G.W. van der Heijden, de ‘Broederschap van de heilige Blasius’ canoniek opgericht door mgr. A.F. Diepen, bisschop van 's-Hertogenbosch. Een belangrijke legitimatie om deze broederschap op te richten was het bezit van ‘een kostbare relikwie van de beenderen van den H. Blasius’. Als voornaamste doelstelling van de broederschap gold de verspreiding van de devotie tot de H. Blasius als voorspreker bij keelziekten en andere kwalen. Blijkens de statuten was het lidmaatschap niet beperkt tot de eigen parochianen, zodat ook katholieken van elders deelachtig konden worden aan de hieraan verbonden geestelijke gunsten indien zij de H. Blasius in deze kerk kwamen vereren. Op 28 januari 1935 liet paus Pius XI het besluit uitvaardigen dat alle christen gelovigen die op 3 februari deze parochiekerk bezoeken, daarmee een volle aflaat kunnen verdienen. - Tot circa 1960 werd de feestdag van Blasius, voorafgegaan door een noveen, plechtig gevierd in de kerk. Ook kon men gedurende het gehele jaar bij de pastorie water afhalen dat gewijd was ter ere van Blasius. Ofschoon aan deze gebruiken een eind is gekomen, is de verering van St. Blasius in de St. Stephanuskerk op bescheiden schaal blijven bestaan. In de kerk zijn de reliek en het beeld nog steeds aanwezig, en elk jaar bestaat de mogelijkheid voor de parochianen om begin februari de Blasiuszegen te ontvangen. Devotioneel drukwerk G.W. van der Heijden, Noveenboekje voor de vereerders van den H. Blasius, bisschop en martelaar (Nijmegen: de auteur, impr. 1935; 58 p.) bevat een levensgeschiedenis, noveengebeden, litanie, andere gebeden, wijding van kaarsen en Blasiuszegen, wijding van water enz., statuten van de broederschap, liederen ter ere van de H. Blasius; op p. 37 vermelding van de kostbare relikwie, op p. 53 vermelding van de aflaat van Pius XI.
|