Utrecht, Pancratius |
||
Gediskwalificeerd: | ja | |
---|---|---|
Cultusobject: | Pancratius | |
Datum: | 12 mei | |
Periode: | Middeleeuwen | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | Dom en S. Salvator | |
Adres: | ||
Gemeente: | Utrecht | |
Provincie: | Utrecht | |
Bisdom: | Utrecht | |
Samenvatting: |
Hoewel het feest van S. Pancratius in het middeleeuwse bisdom Utrecht als een officiële feestdag werd aangemerkt, zijn er geen berichten overgeleverd die wijzen op bedevaarten naar de in de kerken van de Dom en Oudmunster (St. Salvator) bewaarde relieken van deze heilige. |
|
Auteur: | H.L.Ph. Leeuwenberg | |
Illustraties: | ||
Topografie |
In de Dom bevonden zich in het H. Kruisaltaar reeds in 1173 relieken van Pancratius (Muller, Het oudste cartularium, 179). In 1393 werd een officiële lijst opgemaakt van relieken, die in bezit waren van Oudmunster `in capsa sancti Pancratii', waaronder zich ook die van Pancratius zelf bevonden, Buchel, Monumenta, 61 (ms in GAU). |
|
Bronnen en literatuur |
Literatuur: E.J. Haslinghuis en C.J.A.C. Peeters, De Dom van Utrecht. De Nederlandse monumenten van geschiedenis en kunst, dl. 2. De provincie Utrecht, eerste stuk, De gemeente Utrecht, tweede aflevering ('s-Gravenhage, 1965). A.Z. Huisman, Die Verehrung des heiligen Pancratius in West- und Mitteleuropa (Haarlem, 1938) 78-86. H.J. Kok, Proeve van een onderzoek van de patrocinia in het middeleeuwse bisdom Utrecht (Assen, 1958) 138. S. Muller, Het oudste cartularium van het Sticht Utrecht. Werken H.G., III,3 ('s-Gravenhage, 1892). A.A.J. van Rossum, `Kerkelijke plechtigheden in de St Salvatorskerk te Utrecht', AAU, 3 (1876) 109-240. A.A.J. van Rossum, `Reliquiën in de St Salvatorskerk te Utrecht', AAU, 7 (1879) 350. A.A.J. van Rossum, `Necrologium van Oud-Munster (St. Salvator) te Utrecht', AAU, 10 (1882) 270-320; 11 (1883) 1-56. P. Séjourné, L'Ordinaire de St. Martin d'Utrecht (Utrecht, 1919-1921). N.B. Tenhaeff, W. Jappe Alberts, Bronnen tot de bouwgeschiedenis van den Dom te Utrecht. Rijks Geschiedkundige Publicatiën, gr.s. 88, 129 en 155 (3 dln; 's-Gravenhage, 1946-1976). |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. <<< /a> |