Liesbos, H. Walrick / koortsboom

Gediskwalificeerd: ja
Cultusobject: H. Walrick / koortsboom
Datum: Geen specifieke dag
Periode: 19e eeuw? - ca. 1931 / 1994 - ?
Religieuze context: Christelijk
Locatie: Open plek in het Liesbos(ch?)
Adres:
Gemeente: Breda
Provincie: Noord-Brabant
Bisdom: Breda
Samenvatting:

Vooralsnog in 1994 bedachte cultus.
Alle gegevens van voor 1994 bleken op onduidelijke bronnen van de Bredase kunsthistoricus E. Dolné zelf te berusten en zijn nooit boven water gekomen, ondanks toezeggingen van zijn kant dat hij ze zou toesturen in kopie. Lijkt een constructie op basis van onduidelijke gegevens; mogelijk heeft de kunsthistoricus het verhaal over een tempeltje (teekoepeltje in het plezierpark het Liesbosch), willen interpreteren als keltische tempel enzovoort.
Het verhaal over een koortsboom en Walricksverering voor 1930 die zou zijn omgezaagd etc. is niet te controleren geweest. Iedereen die in de buurt heeft gewoond, ook van voor 1930 kan zich maar iets daarvan herinneren; geen enkele bron gevonden.
Zolang Dolné niet de zgn. Esser-bron of andere attestaties kan tonen: nep, geconstrueerd in 1994! 

Auteur: Peter Jan Margry
Illustraties:
Topografie

- Ten westen van Breda, tussen Leur en Princenhage, ligt het Liesbos, dat al in 1267 als ‘bossce van Lies’ in de bronnen genoemd wordt en in de 16e eeuw in de Bredase stadsrekeningen wordt genoemd voor de levering van bouwhout. In de 17e eeuw was het een jachtterrein voor Willem III. Sindsdien is het bos eigendom van de Oranjes c.q. de Staat.
Het min of meer rechthoekige bos bestaat voornamelijk uit eiken die kwadrantsgewijs door dreven worden verdeeld.
- De locatie ligt niet ver van boswachterij Liesbosch, aan de wandelroute die daarvandaan start. Na het omzagen van de boom liet men de open plek dichtgroeien. Aan het begin van de 20e eeuw werd de plaats als ‘de heilige plek’ betiteld.
- In 1316 kreeg Princenhage onder welke gemeente het Liesbos tot... viel, een zelfstandige parochie onder het patronaat van St. Maarten, waar de vroegere naam van Princenhage, Mertersen, van schijnt te zijn afgeleid.

Cultusobject

De verering concentreerde zich sinds 1994 rond een in de 18e eeuw geplante plataan, waarbij, naar men zegt, smeekbeden tot St. Walrick worden gericht. De verbinding met Walrick is niet duidelijk, een beeld of een connectie anderszins is niet bekend.
Nabij de plaats van de plataan stond tot 1931 een eik die de eigenlijke koortsboom was. De boom is, naar men zegt, op 21 juni van dat jaar omgezaagd om de rituelen rondom de boom te doen stoppen. Daarna werden ook de onderste takken van de nabij staande plataan afgezaagd om deze als vervanger te voorkomen.

Verering

- De oudste vermelding komt van A.E. Esser die aan het einde van de 19e eeuw aantekende hoe hij tijdens een wandeling een boerendochter een lint in een boom zag ophangen. In totaal hingen er 23 linten. Zij kwam om haar broer via een smeekbede aan St. Walrick te behoeden voor zware koortsaanvallen.
- Het bestaan van een verering rond de plataan in het Liesbos kwam weer aan het licht door publicaties in het Bredase dagblad De Stem. Opnieuw zouden mensen op de plaats van de boom lijfstof hangen om koorts af te binden.
- In het kader van deze krantenartikelen schreven lezers ingezonden brieven waarin ze verhaalden van de periode waarin tevoren de devotie nog bestond. Personen uit de omgeving van Breda kwamen naar de eik om al dan niet preventief te koorts af te binden. Een vrouw uit de Rith hing er ieder najaar een lint in de boom om te zorgen dat haar zeven kinderen de winter koortsvrij doorkwamen.
- De belemmering van het gebruik hing samen met de bouw van de Pastoor van Arskerk aan de Liesboslaan 293, waardoor er een directer toezicht op de gelovigen in de omgeving ontstond. Heeft deze pastoor de boom om laten hakken??
- Walricks introductie van de Walricksverering wordt in verband gebracht met de pogingen van benedictijner monniken van de abdij in St. Valéry-sur-Somme (= St. Walrick) die tot tweemaal toe hebben getracht een klooster nabij Princenhage te stichten.
- Linten die daarna werden opgehangen in bomen of struiken nabij de voormalige boom werden toen weer weggehaald.
- Naar aanleiding van bovengenoemde krantenartikelen vond een zekere revitalisatie plaats, waarbij de locatie op basis van oude topografische kaarten door een ambtenaar van de gemeente Breda als een ‘Keltisch heiligdom’ werd bestempeld. Opnieuw werden linten opgehangen; ook door mensen die dat voor 1931 hadden gedaan of hadden meegemaakt.
- Staatsbosbeheer liet in 1995 bosschages en linten verwijderen.

Bronnen en literatuur

Archieven: Courance/Barbizon, Huis Fluery-en-Bière: ms. kaart van het Liesbosen omgeving uit de 16e eeuw.
Literatuur: A.J. van der Aa, Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden, dl. 7 (Zaltbommel: J. Noorduyn, 1846) p. 313; F.F.X. Cerutti e.a., Geschiedenis van Breda, dl. 1 (Schiedam: Interbook, 1976) p. 37; Norbert Bökkerink, ‘Hemeltje, tempeltje of rondje’, in: De Stem 4 juni 1994; Peter de Leeuw, ‘Een tempel ergens onderweg’, in: De Stem 19 juli 1994; ingezonden brieven ‘St. Walrickseik’, in: De Stem 30 juli 1994; ‘Linten in plataan op ‘Keltisch heiligdom in het Liesbos’, in: De Stem 9 augustus 1994, met foto; Frank Poorthuis, ‘Staatsbosbeheer weert onderbroeken uit bos’, in: de Volkskrant 19 september 1995.
Overige bronnen: PJMI BiN-dossier Breda-Walrick.

  naar het KDC, voor aanvullingen en commentaar.