Dieteren, H. Cornelius |
||
Cultusobject: | H. Cornelius | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | 16 september (zondag na) | |
Periode: | Ca. 1845 - heden | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | Corneliusaltaar in de parochiekerk van St. Stephanus | |
Adres: | Vleutstraat 1, 6114 KM Dieteren | |
Gemeente: | Susteren | |
Provincie: | Limburg | |
Bisdom: | Roermond | |
Samenvatting: |
De Corneliusbedevaart in Dieteren is waarschijnlijk ontstaan in 1845. Cornelius wordt daar onder meer aangeroepen als patroon tegen alle zenuwlijden: stuipen, jicht, verlamming en tegen vallende ziekte. De verering heeft een regionale uitstraling behouden. |
|
Auteur: | Jeroen de Jong | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- De kerk van Dieteren is toegewijd aan St. Stephanus. De middeleeuwse kapel (later kerk) van Dieteren wordt voor het eerst genoemd in het begin van de 16e eeuw. Ze stond bij het kerkhof, aan de huidige noordelijke uitvalsweg, richting Echt. Deze kerk is in het begin van de jaren veertig van de 19e eeuw gesloopt. - In 1835 werd Dieteren van de moederparochie Susteren afgescheiden en tot een zelfstandige parochie verheven. Daarom werd omstreeks 1845 op dezelfde plaats een nieuwe, grotere kerk gebouwd, qua bouwstijl in een overgangsvorm van classicisme en neogotiek. Vanwege de bouwvallige staat ervan is van 1938 tot 1940 in het centrum van het dorp weer een nieuwe neoromaanse kerk gebouwd, naar ontwerp van architect Alphons Boosten uit Maastricht. De hoofdingang ligt aan de kerkstraat en het schip wordt door een smalle tuin gescheiden van de Vleutstraat, die op feestdagen als kermisplein is ingericht. In 1940 werd de nieuwe kerk door de bisschop geconsacreerd, waarna de kerk uit 1845 werd afgebroken. |
|
Cultusobject |
- Zie over St. Cornelius ⟶ Borgharen. - De parochie beschikt over een Corneliusreliek: een botsplinter, gevat in een theca met een glazen deksel. De bijbehorende reliekhouder (39 cm hoog) heeft de vorm van een monstrans en is van metaal. Hij dateert uit het tweede kwart van de 19e eeuw. De theca is omkransd door bloem- en bladmotieven en zonnestralen. Een bol met daarop een maltezer kruisje bekroont het geheel. - In de kerk is het linker zijaltaar uit 1918 aan Cornelius gewijd. In datzelfde jaar werd een nieuw beeld op het altaar geplaatst. Het is een eikenhouten beeld (ca. 145 cm hoog) van de heilige. In zijn linkerhand draagt hij de pauselijke kruisstaf, in de rechterhand een hoorn, op het hoofd de tiara. |
|
Verering |
- De Corneliusverering in Dieteren is rond 1845 ontstaan. Apostolisch vicaris van Limburg, mgr. Paredis schreef in 1845 een brief aan deken Vrancken van Sittard, waarin hij vraagtekens plaatste bij de inhoud van een 'plakkaat' dat in Dieteren werd verspreid bij gelegenheid van de Corneliusviering. Paredis had bezwaren tegen het laten bedelen van graan, het verkopen van graan en het jaarlijks schenken van een zilveren penning aan de kerk van Dieteren. Ook had hij moeite met het laten overlezen van zieken. Zeer waarschijnlijk is de inhoud van het 'plakkaat' identiek aan het indertijd (1708) verspreide formulier van Kornelimünster (D). Ondanks de bezwaren van Paredis bleef de Corneliusverering in stand. Pastoor Klinkenberg kon de hand leggen op een klein botfragment van de martelaar om daarmee zijn feestdag meer luister bij te zetten. De eerste vermelding van bedevaarten naar Cornelius stamt uit 1857 en werd genoteerd in het kader van een onderzoek van de overheid naar het voorkomen van processiebedevaarten in Nederland. De deken van Sittard schreef dat men op 16 september en onder het octaaf 'komt van andere gemeenten al biddende en bij wijze van processie naar de kerk van Dieteren'. Het voorkomen van dergelijke processiebedevaarten duidt erop dat de verering in dat jaar reeds een behoorlijke omvang en een geïnstitutionaliseerd karakter had. Rond 1900 stond het dorp bekend als een van de circa tien Nederlandse parochies met een intensieve Corneliusverering. Gedurende de octaafdagen was het bezoek 'zeer talrijk, ook van pelgrims uit andere plaatsen', zo schreef Van Rooijen in 1918, met veel vereerders uit Duitsland en België. De laatste kwamen echter niet meer sinds het begin van de Eerste Wereldoorlog. - Op 8 juli 1920 werd op initiatief van de Dieterse pastoor Bemelmans een broederschap van St. Cornelius opgericht. De vereniging stond open voor mannen en vrouwen. Elke maand werd een keer de mis gelezen voor de levende en overleden leden van de broederschap. Ieder jaar werden er op de feestdag nieuwe leden ingeschreven. Sinds 1920 zijn ruim 2000 mensen ingeschreven in het broederschapsregister. In de eerste decennia van de 20e eeuw werd Cornelius aangeroepen bij een reeks van ziekten, zoals vallende ziekte, sint-vitusdans, stuipen, jicht, kinkhoest en zenuwziekten. Men legde dan ook wel eens een ui onder het hoofdkussen van de zieke. Tegenwoordig geldt Cornelius vooral nog als patroon tegen kinderziekten in het algemeen. - Voor zover valt na te gaan, is de Corneliusfeestdag in Dieteren altijd vergezeld gegaan van een kermis, waarvan ook het koningsschieten van de schutterij deel uitmaakte. Oude dorpelingen herinneren zich deze gewoonten uit het Interbellum. - In de jaren zestig van de 20e eeuw werd na alle vieringen op de feestdag zelf en op de zondag onder het octaaf de Corneliuszegen gegeven. Elk uur werd dit herhaald. Ook was er gelegenheid de reliek te vereren en zich in te schrijven in de broederschap. Volgens volkskundevragenlijsten uit de jaren vijftig kwamen de vereerders toen uit de nabije omgeving: Herten, Roosteren, Echt, Buchten, Born, Susteren en Limbricht. In de ledenlijsten van de broederschap staan ook verderweg gelegen plaatsen genoemd. Zender (1959) noemt bedevaartgangers uit Heinsberg-Millen (D) die Cornelius bij jicht, krampen, zenuwpijn en epilepsie inroepen en daarbij soms graan offeren. - Medio 1990 waren in Dieteren op de zondag na 16 september zo'n 1000 mensen aanwezig bij de vieringen. In de jaren negentig van de 20e eeuw stond de Corneliusmis in het teken van kinderen en ouders. Met nadruk werd gewezen op het belang van de opvoeding. 's Middags na de mis werd de kinderzegen gegeven. Achter in de kerk was Corneliuswater te verkrijgen, dat door velen werd meegenomen. Eenmaal per jaar, op de zaterdagavond voorafgaand aan het feest, zegende de pastoor water in naam van de heilige. In de kerk waren noveenkaarsen te koop, met daarop een afbeelding van de H. Cornelius. |
|
Materiële cultuur |
Devotioneel drukwerk - Bedevaartboekje: 1 A. Scheepers, St. Corneliusboekje of Beknopte schets van het leven, de marteldood en de vereering van de heilige Cornelius. Vierde Vijfduizendtal (Gulpen: Alberts, 1888; 1900); 2 Boekje ter ere van St. Cornelius, paus en martelaar, bijzondere patroon tegen vallende ziekte, Sintvitusdans, jicht, stuipen en alle zenuwlijden: Dieteren bij Susteren (Maastricht 1920); 3 Boekje ter ere van St. Cornelius. Paus en martelaar. Patroon tegen alle zenuwlijden ('s- Hertogenbosch [1949]). - Ansichtkaarten: (serie van vier echte foto's van Hub. Leufkens, ca. 1950; 9 x 14 cm) van de parochiekerk en het beeld van Cornelius. |
|
Bronnen en literatuur |
Archivalia: Dieteren, parochiearchief St. Stefanus. Susteren, gemeentearchief: collectie over de r.k. kerk in Susteren en Dieteren. Sittard, gemeentearchief: parochiearchief H. Amelberga Susteren. Maastricht, Rijksarchief Limburg: bisdomarchief 1840-1940, inv.nr. 39 opgave processies dekenaat Sittard 1857. Literatuur: Alb. van Rooijen, Vereering van den H. Cornelius (Bijzonderen patroon tegen zenuwziekten) in Nederlandsche kerken en kapellen (Leiden: Futura, 1918) p. 2, 17-18; M. Zender, Räume und Schichten mittelalterlicher Heiligenverehrung in ihrer Bedeutung für die Volkskunde. Die Heiligen des mittleren Maaslandes und der Rheinlande in Kultgeschichte und Kultverbreitung (Keulen: Rheinland Verlag, 1959) p. 162; P.J. Meertens & M. de Meyer, Volkskunde atlas voor Nederland en Vlaams-België, dl. 2 (Antwerpen: Standaard, 1965) p. 23; W.H.Th. Knippenberg, Kultuurhistorische verkenningen in de Kempen III. Oude pelgrimages vanuit Noord-Brabant (Oisterwijk: Stg. Brabants Heem, 1968) p. 30-33; C. & L. Lebens, 'Oude gebruiken bij geboorte', in: J. Lebens ed., Born, een koninklijk domein met een boeiend verleden (Born 1978) p. 325-326; A.J. Munsters, 'Dieteren. Zijn moeizame weg naar parochiële zelfstandigheid', in: Historisch jaarboek voor het land van Zwentibold 1 (1980) p. 113-126; A.J. Munsters, 'Dieteren wordt een zelfstandige parochiegemeenschap (1833-1835)', in: Historisch jaarboek voor het land van Zwentibold 2(1981) p. 43-59; E. Tielemans, Volksgeneeskunde in Limburg. Een bibliografie (Limbricht: Limburgs Volkskundig Instituut, 1986) p. 27, 68; Martina Friedrich, Grenzüberschreitende Wallfahrten in der Euregio Rhein-Maas (Bonn: scriptie Institut für Volkskunde, 1987) p. 23, bedevaartgangers uit Duitsland; Peer Boselie, 'Epilepsie, geheiligd of verdoemd? Volksgeneeskundige recepten tegen epilepsie in Limburg in de zeventiende en achttiende eeuw', in: J.C.P.A. van Laarhoven e.a. ed., Munire ecclesiam. Opstellen over 'gewone gelovigen' (Maastricht: LGOG, 1990) p. 135; Jeroen de Jong, 'Het hoofd verloren voor de stuipen', in: AMC-magazine 5 (1996), nr. 7, p. 24-25; Bart Brouwers, 'Honderden pelgrims ter bedevaart naar Dieteren', in: Dagblad De Limburger 18 september 1996, p. 7; Peer H.M. Boselie, Corde et animo. Petrus Maria Vrancken als pastoor/deken van Sittard (1838-1847) (Sittard: z.n., 1996) p. 64-65; Jeroen de Jong, Ziekte en Zaligheid. Heilige 'genezers' en hun verering in Nederlandse bedevaartsoorden (Amsterdam: Boom/Belvedère, 1997) p. 87-95. Overige bronnen: KDC BiN-dossier Dieteren; Meertens Instituut volkskundige vragenlijst 23 (1957), 64a (1993); Utrecht, Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland-dossier parochie H. Stephanus Dieteren; mondelinge informatie in 1996 van: pastoor Widdershoven en Sef Penders (Dieteren). |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |