Christoforus (of Reprobus) van Lycië; martelaar; † ca 250. Feest 28 april (syrische liturgie) 9 mei & 10 juni (mozarabische liturgie) & 24 & 25 juli. - Gegevens Volgens het oude Romeinse martelarenboek onderging hij de marteldood in Lycië ten tijde van de christenvervolgingen onder keizer Decius. Maar zelfs dat is niet zeker. Historisch gesproken staat alleen het feit van zijn marteldood vast; waar, wanneer en onder welke omstandigheden blijft onduidelijk. De legende weet echter veel meer. - Legende: - Christoffel stamde uit het volk van de Kananeeërs. Hij was geweldig groot en afschuwelijk om aan te zien: zijn lengte bedroeg zo'n elf el. In talrijke geschriften kun je over hem lezen dat hij in dienst was van een Kananese koning. Maar toen kreeg hij het in zijn hoofd om uit te zoeken wie de machtigste koning van de wereld was. Bij hem wilde hij dan verder blijven. Zo kwam hij tot een grote koning, van wie gezegd werd dat er niemand op de wereld groter was dan hij. Toen die koning zijn uiterlijk zag, nam hij hem dadelijk met grote vreugde op in zijn lijfwacht, en liet hem voortaan bij zich blijven. Op een dag echter kwam een speelman zingen. In een van zijn liederen viel nogal eens de naam van de duivel. Omdat de koning christen was, maakte hij telkens een kruisje op het voorhoofd, als de naam van de duivel viel. Christoffel zag dat en vroeg zich verwonderd af wat dat gebaar van de koning te betekenen kon hebben. Hij ging het de koning vragen, maar die wilde het hem niet zeggen. Toen zei Christoffel: 'Als u het mij niet zegt, blijf ik hier geen dag langer.' Toen zag de koning zich wel genoodzaakt uitleg te geven: 'Als ik de duivel hoor noemen, zegen ik mij met dit teken. Anders ben ik bang dat hij mij in zijn macht krijgt en mij kwaad doet.' Waarop Christoffel antwoordde: 'Als u bang bent dat de duivel u kwaad doet, dan moet hij groter en machtiger zijn dan u. Anders hoefde u niet zo bang te zijn. Maar dan zit ik hier verkeerd. Ik had gehoopt dat ik hier de machtigste koning van de wereld had gevonden. Ik wens u verder het allerbeste, maar ik ga ervandoor om die duivel te zoeken. Hij zal voortaan mijn meester zijn en ik zijn dienaar.' - En zo ging hij bij die koning vandaan op zoek naar de duivel. Op zijn tocht kwam hij eens in een woestijn terecht. Daar trof hij een heel leger van ridders. Eén van hen zag er vervaarlijk en angstaanjagend uit. Die kwam op Christoffel af met de vraag waar de reis naartoe ging. Hij antwoordde: 'Ik zoek de duivel, want ik zou graag bij hem in dienst willen treden.' Waarop de ridder zei: 'Dat treft. Want dat ben ik.' Christoffel was zielsgelukkig en beloofde hem voor altijd en eeuwig als zijn heer en meester te beschouwen en trouw te dienen. Zo trokken ze verder. Maar op een keer kwamen ze langs een weg waar in de berm een kruisbeeld opgesteld stond. De duivel had het kruisbeeld nog niet gezien, of onmiddellijk ging hij er angstig vandoor, en leidde Christoffel langs een woest en lastig begaanbaar omweggetje tenslotte weer terug naar de oorspronkelijke route. Verwonderd vroeg Christoffel waarom hij van de gewone weg was afgeweken en zo'n lastig, ingewikkeld traject door de rimboe had gekozen. Maar de duivel weigerde in alle toonaarden daarop in te gaan. Toen zei Christoffel: 'Als u het mij niet zegt, ga ik er gewoon vandoor.' Zo zag de duivel zich wel genoodzaakt uitleg te geven: 'Ooit is er een mens geweest die Christus heette. Die hebben ze aan het kruis geslagen. En telkens als ik nu tegen zo'n kruisteken oploop, ben ik daar bang voor en ga liever een straatje om.' Christoffel merkte op: 'Dan moet die Christus groter en machtiger zijn dan u; anders hoefde u niet zo bang te zijn van zo'n kruisteken. Dan is al mijn moeite voor niks geweest, want blijkbaar had ik de grootste koning van de wereld nog helemaal niet gevonden. Ik wens u dus verder het allerbeste, want bij deze neem ik afscheid van u om Christus te zoeken.' - Hij moest lange tijd navragen voor hij iemand gevonden had, die hem iets meer van Christus kon vertellen. Maar uiteindelijk trof hij een kluizenaar, die hem Christus verkondigde. Deze onderwees hem ijverig in het geloof. Hij zei tegen Christoffel: 'De koning die jij dienen wilt, ziet het liefste dat je zoveel mogelijk probeert te vasten.' Christoffel antwoordde: 'Kan hij niet iets anders van mij vragen, want vasten: dat kan ik echt niet.' - De kluizenaar bedacht toen: 'Dan moet je veelvuldig tot hem bidden.'
|