Oeffelt, O.L. Vrouw, Toevlucht der Zondaren |
||
Cultusobject: | O.L. Vrouw, Toevlucht der Zondaren | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | Mariale feestdagen; zaterdagen | |
Periode: | 1753 - 1944 | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | Parochiekerk van San Salvator | |
Adres: | Pastorie Kerkplein 4, 5441 BE Oeffelt | |
Gemeente: | Boxmeer | |
Provincie: | Noord-Brabant | |
Bisdom: | 's-Hertogenbosch | |
Samenvatting: | Het genadebeeldje van Maria, Toevlucht der Zondaren, werd vanaf de tweede helft van de 18e eeuw tot in de Tweede Wereldoorlog te Oeffelt vereerd. Verslagen van wonderen en ex-voto's getuigen van een regionale uitstraling. Vooral zwangere vrouwen baden er voor een voorspoedige bevalling. In 1944 is het beeldje uit Oeffelt verdwenen. | |
Auteur: | Peter Meurkens | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- Oeffelt behoorde voor het begin van de 19e eeuw tot het hertogdom Kleef. In de 17e en 18e eeuw, toen dit hertogdom in bezit was van de protestantse keurvorsten van Brandenburg, respectievelijk koningen van Pruisen, heerste hier vrijheid van godsdienst, waardoor het katholicisme openlijk kon worden beleden. - De eerste Oeffeltse parochiekerk, gewijd aan St. Salvator, zou dateren uit de 10e eeuw. In 1854 werd begonnen met de bouw van een nieuwe parochiekerk (architect Pierre Cuijpers uit Roermond) die in 1859 in gebruik is genomen en in 1864 is geconsacreerd. De kerk was opgedragen aan de 'Zoete naam Jezus' en is in 1944 door oorlogshandelingen verwoest. In 1956 is een nieuwe kerk in gebruik genomen. Vanaf 1987 wordt voor de parochie wederom de naam Salvator, maar nu met voorvoegsel 'San', gebruikt. Aangezien het genadebeeldje van de Moeder Gods in 1944 is verdwenen, heeft in de nieuwe kerk de verering niet meer plaats gevonden. |
|
Cultusobject |
- Het beeldje van de 'Moeder Gods, Toevlucht der zondaren' is volgens de overlevering op 17 april 1753 door de laatste stamhouder van de familie De Amanzaga, bewoner van het Oeffeltse kasteel Kleppenburg, aan de parochie geschonken. Hij had het gekregen van een oudtante, non te Aken, die op haar ziekbed na een visioen het beeld in haar handen vond en vervolgens genas. - Het houten, donkerbruine beeldje (h. 15 à 20 cm) was opgeborgen in een kistje waarvan de voorkant open was. Het beeld, in renaissancestijl, had de scepter in de rechterhand en het kind op de linkerarm. Het stond opgesteld in de linkerbeuk van de kerk en was alleen voor de aan die kant gezeten gelovigen zichtbaar. De voetjes en armpjes waren in zilver uitgevoerd. - Aan het einde van de oorlog werd het beeldje in veiligheid gebracht in de kelder van de pastorie ('achter de weckflessen'), maar na de oorlog bleek het verdwenen. Ook naspeuringen bij Canadese oudmilitairen die in 1944 in het betreffende huis waren ingekwartierd, hebben geen resultaat opgeleverd. Nog in 1995 spande een inwoner van Oeffelt, de heer Van Bergen, zich bijzonder in voor het terugvinden van het wonderbeeld. In afwachting daarvan heeft hij zolang een vergrote replica van het beeldje laten maken. |
|
Verering |
- In de jaren na 1753, het jaar waarin het beeldje aan de kerk van Oeffelt werd geschonken en door pastoor J.W. Vosmeer (1729-1767) in de kerk werd geplaatst, zijn tenminste zeven wonderbaarlijke genezingen genoteerd die werden toegeschreven aan de voorspraak van de Moeder Gods. In het parochiearchief wordt een brief bewaard uit 1756 van een inwoner uit Keulen waarin gewag gemaakt wordt van het beeldje in de kerk van Oeffelt ('Placuit relatio facta de imagine B.M.'; 'Het verslag over het beeldje van de heilige Maria is in de smaak gevallen'). - Uit de getuigenissen van de wonderbaarlijke genezingen van de jaren 1753 tot en met 1757 blijkt het regionale karakter van de verering. Als plaatsen van herkomst van de genezenen worden vermeld: Gennep, Boxmeer, Nirgenau (?), Oss, Waalwijk en Loon, terwijl een vermelding zonder plaatsaanduiding waarschijnlijk op Oeffelt zelf betrekking heeft. In een van de teksten (die over Maria Cremers, vrouw van Jan Vinck, kleermaker te Boxmeer) worden de personen vermeld die haar 'op die bedevaarten vergezelschapt hebben'. - In 1775 wordt in een ordonnantie namens de aartsbisschop van Keulen gewezen op de inkomsten van de pastoor van Oeffelt vanwege de grote toeloop bij het Mariabeeld in de kerk van 'Uffel'. - Op 12 juni 1809 is door Pius VII in de parochiekerk van Oeffelt: 'waar dit beeldje bewaard en aan de vereering der geloovigen uitgesteld wordt, aan allen, die rouwmoedig gebiecht en gecommuniceerd hebben, voornoemde Kerk bezoeken en aldaar voor de eendracht der christene Prinsen, de uitroeiing der dwaalleeringen en het welzijn der H. Kath. Kerk zullen gebeden hebben, [...] verleend een volle aflaat op de volgende dagen: 1. Eens in het jaar op een dag, dien ieder naar goedvinden daartoe kan kiezen. 2. Op de feestdagen van a. O.L.V. Hemelvaart, b. O.L.V. Geboorte, c. O.L.V. Onbevl. Ontvangenis, d. O.L.V. Boodschap, e. de HH. Petrus en Paulus (29 Juni). 3. Op eenen dag in de Pinksterweek dien ieder voor zich daartoe kan kiezen'. In 1820 verscheen een devotieboekje met aflaten, enige gebeden en een korte schets van de geschiedenis van het beeldje. De aflaten zijn in 1845 door bisschop J. Zwijsen van Den Bosch en opnieuw in 1882 door bisschop Godschalk goedgekeurd. Dat jaar was er nog een zekere toeloop naar de kerk op de zaterdagen 'wanneer ter eere der H. Maagd de H. Mis om 9 ure wordt opgedragen'. - In de 20e eeuw werd door zwangere vrouwen voor een voorspoedige bevalling tot O.L. Vrouw van Oeffelt gebeden. Aan het beeld zijn volgens mondelinge overlevering diverse wonderen toegeschreven. Het laatste dateert uit 1939. Een vrouw moest haar linkerhand laten amputeren, waarvoor zij 's maandags in het ziekenhuis werd opgenomen. 'De zondag ervoor knielde de hele buurt voor Maria en bad voor de genezing. Op de dag van de ziekenhuisopname werd de vrouw wakker en de hand was niet langer zwart'. De vrouw is, met beide handen, 74 jaar geworden en omstreeks 1990 gestorven. - Tijdens de eerste decennia van de 20e eeuw waren er in Oeffelt jaarlijks acht processies, waaronder op 15 augustus een processie vanwege 'Hoog-Lieve-Vrouw'. - In de jaren voor de Tweede Wereldoorlog was er een lokale devotie, met elke zaterdag een mis. Pastoor van Amstel (tot 1945) bevorderde de devotie zeer. Na de oorlog is er in de nieuwe kerk (1954) onder pastoor Quinten (1952-1977) geen hernieuwing van de Mariaverering tot stand gekomen. Wel is er bij de zij-ingang van de kerk een aparte kapel met een Mariabeeld waar gelovigen bidden en kaarsen offeren. Maar dit getuigt van een meer algemene toewijding, niet van de bijzondere plaats die Maria, als 'Toevlucht der zondaren' van 1753 tot 1944 in Oeffelt heeft gehad. |
|
Materiële cultuur |
- In het parochiearchief bevindt zich in een kistje een dertigtal votiefgeschenken. Slechts op een ervan is een jaartal gegraveerd, en wel 1847. Ook de overige lijken 19e-eeuws. De collectie bestaat uit twee uitbeeldingen van een mannelijk hoofd, een van een vrouw, verder twee armen, twee benen, een oog en een oor. Er is een afbeelding van een ingebakerd kind. Er zijn vier figuren van een paard, twee van een rund. Er zijn twee Mariaplaten en 12 harten waarvan sommige met een 'M'. Devotioneel drukwerk - Devotieprentje 'Toevlucht der zondaren te Oeffelt' met 'Gebed bij het Moeder-Godsbeeld te Oeffelt' en 'Verzuchting der bedrukte harten bij het Moeder-Godsbeeld te Oeffelt' (Cuijk: Van Lindert; impr. 's-Hertogenbosch, bisschop Godschalk, 13 september 1882). |
|
Bronnen en literatuur |
Archivalia: Oeffelt, parochiearchief San Salvator: inv. nrs. 29, 30, 31, 32. Literatuur: H.G. Eskes, De Hand des Heere. Dat is wonderbaare beelden (Geldern: G.N. Schaffrath, 1820) Aanhangsel p. 5; H.G. Eskes, Korte schets der geschiedenis van het beeldje (Emmerik: J.L. Romen, [ca. 1820]); L. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom 's Hertogenbosch, dl. 5 (Sint-Michielsgestel: Instituut voor Doofstommen, 1872) p. 333; Jan Kalf, De katholieke kerken in Nederland (Amsterdam: Van Holkema & Warendorf, 1906) p. 427-428; J.A.F. Kronenburg, Maria's Heerlijkheid in Nederland, dl. 8 (Amsterdam: Bekker, 1914) p. 248-249; 'O.L. van Oeffelt', in: Sint Jansklokken, 27 september 1924, p. 460; H.B.M. Essink, Inventarissen van archieven, die aanwezig zijn in de archiefbewaarplaats der gemeente Oeffelt (Oeffelt: Gemeente Oeffelt, 1963); [H. Douma], De archieven van de parochie Oeffelt (Grave: streekarchief, 1973); H. Brabers e.a. ed., Onze Lieve Vrouwkes van Brabant (Den Bosch: Provinciaal Genootschap, [1977]) p. 43-44; Maria Haerkens-Van de Hoek & Nol Weerepas, Oud Oeffelt op de foto! Historische foto's uit de gemeente Oeffelt over de periode 1870-1940 (Boxmeer: Drukkerij Schoth, 1984); Th. van Bergen, Vermist: beeldje van de maagd Maria van de parochie Oeffelt (Oeffelt [ca. 1989]); Henk Snijders, 'Vermist: Wonderbeeldje van Oeffelt', in: Tilburgse Courant, 1989; 'Oeffeltenaar op zoek naar in 1944 verdwenen Mariabeeld', in: De Gelderlander, 1989; 'Parochie Oeffelt op zoek naar een verdwenen mariabeeldje', in: Udens Weekblad, 7 september 1989; 'Wonderbeeldje', in: Brabants Dagblad, januari 1990; Th. van Bergen, 'Parochie Oeffelt op zoek naar verdwenen Mariabeeldje', in: Devotionalia nr. 53 (1990) p. 149; R. Klaassen, Oeffelt het juiste middelpunt van de Maaskant. De geschiedenis van de gemeente Oeffelt vanaf het ontstaan in 1816 tot aan de opheffing in 1993 (Oeffelt: Stichting Heem en Historie van Oeffelt, 1993). Overige bronnen: KDC BiN-dossier Oeffelt-O.L. Vrouw. |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |