Stein, O.L. Vrouw; Maria in de Nood |
||
Cultusobject: | O.L. Vrouw; Maria in de Nood | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | Meimaand; gehele jaar | |
Periode: | 1760 - heden | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | Mariakapel behorend tot de parochie van St. Martinus | |
Adres: | Kapelbergweg tegenover nr. 5 en 7, 6171 GZ Stein | |
Gemeente: | Stein | |
Provincie: | Limburg | |
Bisdom: | Roermond | |
Samenvatting: |
Omstreeks 1400 werd in de buurtschap Keerend, op enige afstand van een kasteel, een kapel gebouwd, die gewijd was aan de H. Richardus. De middeleeuwse kapel was in de 18e eeuw dermate bouwvallig geworden dat zij in 1760 gesloopt werd en vervangen door een nieuwe kapel, die gewijd werd aan Maria. De Mariaverering nam direct een hoge vlucht, maar kende later ook perioden van weinig tot geen verering. Sedert 1938 is de verering en het bedevaartkarakter weer sterk toegenomen. |
|
Auteur: | Antoine Jacobs | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- De Mariakapel ligt in het zuidoostelijk gedeelte van de dorpskern Stein op een hoge heuvelrug langs de Maas, genaamd de 'Hanekraak', vlakbij de buurtschap Keerend. Reeds in 1400 wordt een kapel vermeld op Keerend, die toegewijd is aan de H. Richardus. De kerkhistoricus en archeoloog, pater Munsters neemt aan dat de Richarduskapel in het laatste kwart van de 14e eeuw gesticht is door de kasteelheer van Stein. De kapel was onafhankelijk van de parochiekerk. Zij werd bediend door een rector, die een eigen beneficie bezat. In de 17e eeuw blijkt deze kapel toegewijd te zijn aan de HH. Richardus en Kilianus en gezellen. In 1647 wordt gemeld dat de kapel bouwvallig is. Het lijkt erop dat er toen niet veel verering meer bestond voor Richardus en Kilianus. De zelfstandigheid van de kapel werd in 1661 opgeheven. De kapelgoederen en het rectorsambt kwamen in handen van de pastoors van Stein. Pastoor Willem Hubens van Stein liet in 1760 de bouwvallige middeleeuwse kapel slopen en ter plaatse een nieuwe kapel bouwen, die hij toewijdde aan Maria. - De kapel ligt op een heuveltje van ongeroerde grindlagen. Het grondplan van de kapel is een rechthoek van 6,75 bij 5,65 m met sterk afgesneden hoeken, waardoor zij in eerste instantie octogoon lijkt. Op iedere hoek is een raam aangebracht. Elk raam staat tussen twee met ionische kapitelen bekroonde steunberen. De kapel is gebouwd uit veldbrandstenen afgewisseld met mergelbanden (speklagen). Het dak heeft acht vlakken en is belegd met dakpannen. Op het dak staat een dakruiter met een angelusklokje. In de buitenmuren zijn diverse sierstenen met chronogrammen aangebracht. - Boven de ingang in de westmuur zijn twee sierstenen aangebracht met de chronogrammen: 'es eXorta o tU beLLa totI MUnDo sUaVIs steLLa VIVa paX IntrantIbUs' (1760; Gij zijt opgegaan, o heerlijke, voor heel de wereld aantrekkelijke, schitterende Ster; vrede aan hen die (hier) binnengaan) en 'reLICta CeCIDI spLenDiDa orIor' (1905, Verwaarloosd ben ik neergestort, luisterrijk sta ik op). Tussen deze twee spreuken is een kleine nis met daarin een Christusbeeldje van ca. 15 cm. In de oostmuur bevindt zich eveneens een siersteen. Hij toont Christus aan het kruis geflankeerd door Maria en Johannes. Onder dit reliëf staat het chronogram: 'eCCe reparat saLUteM DeUs' (1760, Zie, God herstelt ons heil). - In 1960 bij het tweehonderdjarig bestaan van de kapel heeft het comité tot viering van het jubileum glazenier Franssen twee ramen laten vervaardigen, met daarop afgebeeld de herbouw van de kapel in 1760. |
|
Cultusobject |
- Het Mariabeeld is ruim een meter hoog en stamt waarschijnlijk uit de tweede helft van de 18e eeuw. Het is een staakbeeld waarvan alleen het bovenstuk in gips is gevormd. Het naar verhouding te lange benedendeel is niet verder bewerkt en eindigt in een achthoekig voetstuk. Maria houdt het kind op haar linkerarm. Het kind is afzonderlijk toegevoegd. Het maakt met zijn rechterhand een zegenend gebaar. Het beeld werd in 1938 gerestaureerd. In dat jaar werden Maria en kind ook gekroond met zwaar vergulde houten kronen. Het Christuskind kreeg een vergulde wereldbol met kruis in de linkerhand en Maria kreeg in haar rechterhand een scepter. De houten kronen en scepter zijn thans vervangen door verguld zilveren exemplaren. Maria en kind zijn gemodelleerd om aangekleed te worden. In 1938 waren nog resten van een 18e-eeuwse kleding aanwezig. In 1938, 1960 en 1984 werd het beeld opnieuw gekleed. In 1997 droegen Maria en kind witte met gouddraad afgebiesde kleden. Maria droeg bovendien een donkerblauwe eveneens met gouddraad omzoomde en met lelies versierde mantel. - Het Mariabeeld stond in 1997 in een nis in de oostmuur van de kapel boven het tabernakel. |
|
Verering |
- Volgens pater Munsters, die in 1938 de geschiedenis van de Mariakapel schreef, moet deze in het verleden veel ex-voto's hebben bezeten. Zij waren geschonken zowel door bewoners als door bezoekers van (ver) buiten Stein, zoals uit Antwerpen. Van de ex-voto's zijn er thans slechts twee over. Lemmens (1947) verhaalt verder over de legende van 'O.L. Vrouw op de Hanekraak' waarin een ernstig ziek kind in Stein, na een nacht waarin de ouders constant hadden gewaakt, wakker werd van de eerste hanenkraai en zei: 'nu wordt ik beter, de haan heeft boven de kapel gekraakt'. Het kind zou zijn genezen. |
|
Materiële cultuur |
Devotionalia - Tegel: geglazuurd terracotta wandtegel (15,5 x 15,5 cm; ca. 1955) met een voorstelling van het genadebeeld. Op de achtergrond staat de kapel afgebeeld. Het opschrift luidt: Onze Lieve Vrouw in den Nood Stein. - Noveenkaars: op de huls een afbeelding van het genadebeeld en daaronder de kapel en het opschrift 'Maria in de Nood, bid voor ons'. Devotioneel drukwerk - Prentjes: 1 prentje (7,3 x 11,7 cm) met op de voorzijde een zwart/witfoto van het genadebeeld en het onderschrift: 'Maria in de nood, bid voor ons' en 'Fotoprentje O.L. Vrouw van Stein', de achterzijde bevat een gebed tot Maria of is blanco (z.p., z.j. [2e helft 20e eeuw]); 2 kleurenprentje met op de voorzijde een priester die, staande voor het altaar met het genadebeeld, de communie uitdeelt aan vereerders (Maastricht: uitgeverij Ernest van Aelst [circa 1930?]; nr. 149; collectie D. Gooren); 3 prentje (5 x 8 cm) met een gekartelde rand, op de voorzijde een kleurenafbeelding van het genadebeeld in de nis van de kapel en het opschrift: 'Maria in den Nood. Stein (L)', de achterzijde is onbedrukt (z.p., z.d. [ca. 1990]). - Ansichtkaart: zwart/wit interieuropname van de kapel met het altaar en het cultusbeeld (9 x 14 cm; Stein, 1960; foto J. Delahaije; collectie D. Gooren). - Overige: op de 'Mariakalender' van 1958 staat een foto van O.L. Vrouw in de Nood met het onderschrift 'O.L. Vrouw op de Hanekraak te Stein (L.)' en een korte tekst die een verklaring geeft van het toponiem 'Hanekraak' (Collectie D. Gooren). |
|
Bronnen en literatuur |
Archivalia: Stein, parochiearchief H. Martinus. Literatuur: A.J. Munsters, De Mariakapel van Stein, gebeden en geschiedenis (Beek: Drukkerij 'De Nieuwe Mijnstreek' L. Hoppers en Zn., 1938); 'De Mariakapel van Stein', in: Mariaklok 2 (juli 1939) p. 72-73; A. Welters, De Lieve Vrouwkes van Limburg (Maastricht/Vroenhoven: Ernest van Aelst, 1941) p. 91-96; Gerard Lemmens, Maria in Limburg. De legendenkrans voor Maria (Maastricht: Veldeke, 1947) p. 90-91; [O.L. Vrouw van Stein], in: Credo, diocesaan weekblad voor het bisdom Roermond (27 november 1953), met foto; 'Een heiligdom herleefde', in: Credo, diocesaan weekblad voor het bisdom Roermond (30 september 1955) p. 153; 'Limburgse Wielerbedevaart', in: De Nieuwe Limburger, 26 februari 1957, p. 4 en 5 augustus 1957, p. 3; A.J. Munsters, Stein in oude ansichten (Zaltbommel: Europese Bibliotheek, 1972) foto 12; A.J. Munsters, Maria in de nood te Stein. Beschrijving en geschiedenis (Stein: O.B. Stein i.s.m. de Werkgroep "Pater Munsters", 1985); F. van Galen, 'Stein kent een eeuwenoude verering voor Maria in de Nood', in: De Sleutel, 23 (1995) nr. 20, p. 15; Hub Spronkmans & Gerrit Lemmens, Kleine monumenten in de gemeente Stein (Elsloo: Spaan, 1995) p. 120-121; Herman Andriessen e.a., Kapellen onderweg. Hedendaagse spiritualiteit in Limburgse Maria-legenden (Baarn: Gooi & Sticht, 1996) p. 44-47. Overige bronnen: KDC BiN-dossier Stein-O.L. Vrouw, Maria in de Nood; Meertens Instituut volkskundige vragenlijst 64a (1993); mondelinge informatie in 1997 van de kapelbeheerders J.G. Westhovens en mw. A.M.H. Westhovens-Dukers te Stein. |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |