Opwetten, O.L. Vrouw ?

Gediskwalificeerd: ja
Cultusobject: O.L. Vrouw ?
Datum:
Periode: 18e - 19e eeuw
Religieuze context: Christelijk
Locatie: Sint Antoniuskapel
Adres: Stationsweg 100, Eeneind
Gemeente: Nuenen
Provincie: Noord-Brabant
Bisdom: 's-Hertogenbosch
Samenvatting:

In de Sint Antoniuskapel in Opwetten zou vanaf ca. 1836 de rozenkrans op zondagen gebeden zijn. In 1865 werd dit door de RK geestelijkheid verboden. Verder zijn geen vermeldingen gevonden. Er zijn geen aanwijzingen dat hier sprake was van een bedevaart.

Auteur: Helma Thiers
Illustraties:
Topografie

- De kapel van Opwetten ligt aan de oostelijke oever van de rul of Kleine Dommel ten zuidwesten van Nuenen. Ze is bereikbaar vanaf de N270 vanaf Eindhoven richting Nuenen. De kapel is o.a. door de Hollandse architect H. van der Kloot-Meyburg beschreven als: "een eenvoudig gebouwtje, dat aan de wegzijde half achthoekig was afgesloten en waarvan de sluitgevel aan de andere zijde werd bekroond door een klokketorentje met een zeskantige spits, waarop een bijzonder sierlijk gesmede windvaan. Het dak was met leien gedekt, die evenwel voor een groot deel waren verdwenen." Waarschijnlijk is de Sint Antoniuskapel tussen 1485 en 1497 gebouwd. Wellicht ook iets eerder. In 1648 werd de kapel aan de Hervormden toegewezen. In 1798 kwam hij weer in handen van de Katholieken. De kapel was toen ernstig in verval. Uiteindelijk is de kapel in 1917 afgebroken. In 1987 is een nieuwe Antoniuskapel gebouwd op enige afstand van oorspronkelijke locatie. 
- Een klokje van ongeveer 80 kg, dat eens in het kapelletje hing en als opschrift had Martinus Turcke me feset anno 1721, deed te Nuenen dienst als raadhuisklokje. Tijdens de tweede Wereldoorlog stond het gemeentebestuur het in bruikleen af aan de kerk van Gerwen, toen de Duitsers daar de kerkklokken gestolen hadden. Op 22 december 1942 werd het in de Gerwense toren gehangen, maar 6 juli 1943 lieten de Duitsers het daar weghalen. 
- In 1912 zijn er nog  pogingen ondernomen om het kerkje te restaureren. Uiteindelijk is het in 1917 gesloopt. Op initiatief van het St. Antoniusgilde is er een nieuwe kapel gebouwd, die door het Gilde wordt onderhouden. 

Cultusobject

- De vraag is of het cultusobject O.L. Vrouw was. Er zijn geen bijzonderheden over bekend.

Verering

- In Opwetten, vlakbij de watermolen en het voormalig kasteeltje, stond een kapel, die aan St. Antonius Abt was gewijd. De kapel had een altaar van het H. Kruis en St. Antonius. Aan deze kapel was het St. Antoniusgilde verbonden. Ook mocht de kapel een Antoniusvarken houden. Verder wordt gesproken over processies vanuit de parochiekerk met het beeld van de H. Rochus in tijden van besmettelijke ziekten. 
In 1497 wordt het altaar voor het eerst vermeld. In 1524 wordt voor het eerst een beneficie genoemd. Immers op 1 februari van dat jaar (Paasstijl 1523) droeg de priester Jan Hanricks Verbeeck aan het H. Kruis in de kapel van Opwetten een erfpacht op van 6 lopen (1/1 mud) rogge, te gelden uit een beemd te Nuenen in het Aa.
In 1556 wordt een rector der kapel benoemd, mr. Lambertus Petri Sprengers, echter absent: zijn deservitor was Anthonius Michaelis. Het kapelbeneficie had toen wekelijks 5 missen en een jaarlijks inkomen van 7 mud rogge. 
Ook later was de rector afwezig, want in 1566-1568 betaalde hij deswege aan Martinus Bardoul, rentmeester van bisschop Sonnius, jaarlijks 5 st. 
In 1617 had de toenmalige pastoor van Nuenen Jan Cuperius, "d'administratie ende dispositie" van het kapelbeneficie, dat omstreeks die tijd bezeten werd door Andreas Peter Siegers, kapelaan van Nuenen. 
Naast de religieuze functie is de kapel ook door de burgerlijke overheid gebruikt voor het afhoren van de rekeningen. 
- In 1648 werd de kapel voor de Katholieke godsdienst gesloten en aan de Hervormden toegekend. In deze tijd werd de kapel niet voor godsdienstige doelen gebruikt. Het grootste deel van de tijd schijnt zij voor opslag te zijn gebruikt. Het enige onderhoud dat plaatsvond, was aan het uurwerk. 
Tegelijk met de parochiekerk van Nuenen kwam de kapel van Opwetten in 1798 weer in Katholieke handen. Zij was zeer vervallen, zonder ruiten, zonder vloer, zonder zolder, en werd alleen gebruikt om aardappelen in te bewaren. Na uitgebreide discussies inzake de financiĆ«n voor het opknappen en onderhouden van kapel, uurwerk en klokkentoren, kwam de verantwoordelijkheid uiteindelijk in het geheel bij de Katholieke Kerk terecht. 
- In 1836 werd het dak van de kapel vernieuwd, hoewel er slechts op zondagen de rozenkrans werd gebeden. In 1865 werd dit echter door de Katholieke Geestelijkheid verboden. De exacte aanleiding tot dit verbod is niet geheel duidelijk. 
In die tijd was pastoor Wilhelmus Petrus van Lent belast met de parochie. Deze ageerde fel tegen openbare dronkenschap en de teerdagen van de Gilden. Zo vervaardigde hij o.a. de regel dat de gildenbroeders tijdens de Kermisdagen de H. Mis moesten bijwonen en wilde hij zelfs de Kermis afschaffen. Het Antoniusgilde was een van de Gilden, waar regelmatig problemen mee waren. 
In 1874 werd de kapel verhuurd aan de gemeente om dienst te doen als bewaarplaats van verdachte en dronken personen. Een jaar of wat later deed ze dienst als brandspuithuisje en ijzerbergplaats. Ondertussen liet men de kapel meer en meer vervallen, totdat het kerkbestuur haar in 1917 liet slopen. 
- Toen de Katholieken in 1798 de kapel weer gingen gebruiken, werden er drie heiligenbeelden geplaatst, een van O.L. Vrouw, twee andere vermoedelijk van de H. Lucia en de H. Barbara. Toen de kapel voor andere doeleinden werd gebruikt, werden de beelden op de zolder van een nabij gelegen boerderij opgeborgen. Na de sloop van de kapel liet het kerkbestuur het Mariabeeld naar de pastorie overbrengen en sindsdien wordt het jaarlijks, ten minste tot 2003, omgedragen in de Nuenense processie (de parochie van Nuenen had vanouds een OLV-Gilde en -altaar). De twee andere beelden schijnen door de bewoner van de boerderij verkocht te zijn. 

Bronnen en literatuur

Archieven: ARA Archief Ministerie van Justitie: 1865, 4846/4847, verbod op het bidden; Eindhoven, Streekarchief: Oud Administratief Archief Nuenen (tot 1810), o.a. 207, 830, het horen der rekeningen, gebruik van kapel; Eindhoven, Streekarchief: Oud Rechtelijk Archief Nuenen, o.a. 16a, 1 febr. 1523, 25 fol 55v-58, 30 jan. 1617, erfpacht en beneficiĆ«n; Eindhoven, Streekarchief: Nieuw Administratief Archief Nuenen, o.a. 1907; 5 juni 1820; 2 november 1822, inkomen uit het kappen van bomen; 1915, fol 134v, 29 november 1881; 1916 fol 8v, april 1883, reparatie uurwerk; 1911, fol 137v, 19 juni 1861, vechtende gildenbroeders; 's-Hertogenbosch, Collectie Rijksarchief: Raad en rentmeester-generaal der Domeinen, 86a fol 60v, 1515-1516, Kerkelijke inkomsten binnen het Bisdom Luik; 's-Hertogenbosch, Collectie Rijksarchief 200, resolutieboek van de Raad van State fol 187v, 29 april 1658, fol 239, verkoop en gebruik voormalige katholieke kapellen; Parochie Archief Nuenen: B013 memoriale Registrum Parochia de Nuenen, optreden tegen losbandig gedrag. 
Literatuur: L.H.C. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch, 5 dln (St. Michielsgestel: Instituut voor doofstommen), p. 213-214 Kapel te Opwetten, niets over verering; A.M. Frenken, Memoriaal der dorpen en parochies Gerwen, Nuenen en Nederwetten (Provinciaal Genootschap voor kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant, 1948), p. 224-227, apart par. over de kapel; F.V.M. van Roij, Nuenen c.a. in oude ansichten (1971), foto oude kapel 1910; N. Nagtegaal, 'Kerken en kapellen langs Nuenens wegen en paden' (1992), p. 38-40, korte beschrijving nieuwe kapel in: Drijhornickels 2 (1992); J. Coenen, Gegeven Sint-Barbaradag 1300: een overzicht van de geschiedenis van Nuenen, Gerwen en Nederwetten (Stichting Nuenen c.a. 2000), uitgebreide geschiedenis; J. Jansen, 'De geschiedenis van de Sint Antoniuskapel Nuenen-Eeneind' (2000), p. 64-65, korte beschrijving van oude naar nieuwe kapel in: De Gildetrom 3 (2000).
Overige bronnen: KDC BiN-diskw.-dossier Opwetten-OLV; er bestaan diverse foto's van de oude kapel. Daarnaast diverse schetsen o.a. van Vincent van Gogh. 

  naar het KDC, voor aanvullingen en commentaar.