Hapert, H. Donatus |
||
Cultusobject: | H. Donatus | Open Street Maps |
---|---|---|
Datum: | Tweede zondag in juli | |
Periode: | 1898 - heden | |
Religieuze context: | Christelijk | |
Locatie: | Parochiekerk van St. Severinus | |
Adres: | Kerkstraat 1, 5527 EE Hapert | |
Gemeente: | Bladel | |
Provincie: | Noord-Brabant | |
Bisdom: | 's-Hertogenbosch | |
Samenvatting: |
De verering van de heilige Donatus ontstond te Hapert naar aanleiding van de dood van twee parochianen in 1897 nadat zij waren getroffen door de bliksem. Een jaar na dit ongeval begon in de parochiekerk de openbare verering en werd een devotiebroederschap ter ere van de bliksemheilige opgericht. Tot de jaren zestig van de 20e eeuw werd Donatus te Hapert bezocht door bedevaartgangers uit de gehele Kempen en daarbuiten. Na honderd jaar wordt te Hapert nog steeds de feestdag van Donatus gevierd, met name door de lokale bevolking. |
|
Auteur: | Walther van Halen | |
Illustraties: | ||
Topografie |
- Nadat de parochie Hapert in 1819 van Hoogeloon was afgescheiden, kreeg het in 1857-1858 een neogotische kerk. Onder architect J. Franssen werd in de jaren 1922-1923 een nieuwe kerk gebouwd. De kerk werd op 24 september 1923 door bisschop A.F. Diepen van Den Bosch geconsacreerd. - Onder leiding van J. van Buytenen is in 1938 een open galerij gebouwd voor de voorgevel en werden aan de zuidzijde daarvan de doopkapel en aan de noordzijde de Donatuskapel gemaakt. Links voor in de kerk, op de scheiding tussen schip en kerkkoor, was tot in de jaren zestig een muurschildering van de H. Donatus met als onderschrift 'bescherm o[ns]' te zien. Bij de restauratie van de kerk omstreeks 1962 is deze overgeschilderd, evenals de drie bliksemschichten die achter het devotiebeeld in de Donatuskapel waren aangebracht. - In 1948 verkreeg de parochie een Donatusklok van ruim 100 kilo; het opschrift verwees niet naar onheil en het bannen van bliksem, maar naar het bijeenkomen voor de godsdienstoefening: 'Dum trahor audite, ad sacra venite' ('Hoort wanneer ik word geluid, en komt bij de heilige [handelingen]'). |
|
Cultusobject |
- Donatus behoort tot de zogenaamde catacombenheiligen, van wie in historisch opzicht niets bekend is maar over wie diverse legenden bestaan. In 1652 werd het gebeente dat aan deze heilige werd toegeschreven, overgebracht uit de catacombe van St. Agnes bij Rome naar Münstereifel (thans Bad Münstereifel, Nordrhein-Westfalen). Volgens een legende, vastgelegd in onder meer de van oorsprong 18e-eeuwse levensbeschrijving die in het Noord-Brabantse ⟶ Reek opgeld deed, zou hij in het midden van de tweede eeuw na Christus te Rome geboren zijn als zoon van een edelman en veldheer, genaamd Faustus, en van Flaminia, een vrouw uit een eerbare familie die zich tot het christendom bekeerde. Haar zoon zou officier in het Romeinse leger zijn geworden en wordt doorgaans ook zo afgebeeld. Hij werd een martelaar voor het geloof. Omdat Donatus deel zou hebben uitgemaakt van het zogenaamde 'legio fulminata' (bliksemlegioen), wordt hij afgebeeld met een pijlenbundel in de hand, bestaande uit bliksemschichten. De naam 'Donatus' heeft de Rijnlanders misschien doen denken aan de donder ('Donner' of aan 'Donar'?). Vaak werd zijn naam gegraveerd in kerkklokken die onder meer bij opkomende gevaren, zoals noodweer en brand, werden geluid. |
|
Verering |
- Op dinsdagavond 20 juli 1897 trok een noodweer over oostelijk Noord-Brabant dat een spoor van verwoesting achterliet. In de gehele regio brachten blikseminslagen en brand schade toe. In de Kempen vielen ook slachtoffers te betreuren. Te Bladel werd een achtjarig meisje thuis dodelijk door de bliksem getroffen. In het naburige Hapert leken na een blikseminslag in de boerderij van de familie P.J. Claassen aanvankelijk vier personen te zijn overleden. Een van hen, de knecht, kwam na een korte tijd van bewusteloosheid echter weer bij kennis en de oudste zoon, Johannes Cornelius, werd gered door hem door de modder te rollen. Hij genas van de brandwonden aan zijn been en de verlamming aan zijn arm. In 1918 zou hij de grond voor nieuwbouw van de kerk schenken. Zijn zuster, Joanna Catharina, en broer, Franciscus Antonius, waren terstondoverleden. - Sinds mensenheugenis was er volgens de Meierijsche Courant te Hapert en omstreken niemand door de bliksem overleden. Pastoor P. Vermeer (1889-1912) schreef aan de bisschop dat hij door zijn naburige collega's was aangezocht om een broederschap ter ere van de H. Donatus in zijn parochiekerk op te richten. In de Kempen bestond namelijk nog geen georganiseerde Donatusverering. Als hoofddoel noemde hij 'om door de voorspraak van de heilige Donatus van alle schadelijke onweders bevrijd te blijven'. Ook zijn bijbedoeling deelde hij openhartig mede: 'om door eene geldelijke bijdrage der leden de financieelen toestand mijner kerk te verbeteren'. - Op 28 juli 1898 werd de Donatusbroederschap opgericht. De reliek mocht in het openbaar vereerd worden. Na een suppliek aan paus Leo XIII verkreeg de pastoor het recht tot verlening van een volle aflaat op 16 augustus 1898. De broederschapsstatuten schreven voor dat er voor de leden vijf heilige missen, 'en wel bij voorkeur gedurende de maanden van Mei tot September, waarin het onweder het meest dreigt', opgedragen zouden worden. Ieder lid diende jaarlijks minstens 10 cent of 'in eens voor altijd' ƒ2,50 te offeren. Daarnaast werd ieder lid verzocht dagelijks een onzevader en een weesgegroet te bidden met het schietgebed 'H. Donatus, bid voor ons, opdat wij van alle zonden en schadelijke onweders mogen bevrijd blijven'. - Op het broederschapsbriefje staan naast de broederschapsstatuten tevens de 'litanie van den H. Donatus' en een gebed afgedrukt, zoals ook elders gebruikelijk was. Bij de litanie werd uitdrukkelijk gemeld: 'Als gij deze Litanie ten tijde van onweder bidt, verwek eerst een oprecht berouw over uwe zonden, en besproei U en Uw huis met wijwater'. - Het succes van de Hapertse Donatusverering is af te leiden uit de financiële toestand van het Donatusfonds. Dit fonds beheerde de inkomsten en uitgaven van de Donatusbroederschap en stond onder toezicht van de pastoor. De hoge kosten aan nieuwbouw van de kerk brachten pastoor A.P. van Gerwen (1912-1939) ertoe om uit de jaarlijkse inkomsten van het Donatusfonds een financiële bijdrage te leveren. De kerk werd vrijdags voor het Donatusfeest van 1923 ingezegend, omdat op die zondag 'vele vreemdelingen naar hier komen'. Het fonds droeg nadien bij aan de bouw van de pastorie (1924) en een zusterklooster (1934) en in de aanschaf van twee zijaltaren en een kruisweg (1934). - Door de toeloop van bedevaartgangers uit de gehele Kempen en zelfs van verder gelegen dorpen zat de kerk op de feestdag vol. Buiten de kerk stonden tijdens de jaren twintig en dertig twee of drie kraampjes met snoepgoed en met devotieartikelen. - Het vermogen van het Donatusfonds liep op tot ruim ƒ20.000,-, waarvan toen driekwart bestemd werd voor restauratie van het kerkgebouw en de Donatuskapel. In 1966 adviseerde de econoom van het bisdom om het Donatusfonds op te heffen 'door de schuld van de kerk bij wijze van schenking te laten vervallen'. Hoogstwaarschijnlijk is dat toen ten uitvoer gelegd. Tegenwoordig is er geen fonds meer aanwezig. De opheffing van het fonds is illustratief voor de snelle neergang van de devotie in het begin van de jaren zestig. - Onder pastoor J.C.A.M. van Vroonhoven, die sinds 1978 te Hapert werkt, kwam er weer een herstel van de devotie. Op de tweede zondag van juli wordt in de hoogmis gepreekt over de H. Donatus en over mensen in nood. Op het einde van de mis wordt het Donatuslied, dat verschillende strofen gemeen heeft met dat van ⟶ Ledeacker, nog gezongen. De misintenties zijn voor de gestorven en levende leden van de nog bestaande Donatusbroederschap. Al tientallen jaren zijn er echter geen leden meer ingeschreven. - De reliekverering is in het begin van de jaren zestig afgeschaft. Wel worden op de feestdag nog vele kaarsen bij het devotiebeeld opgestoken; zelfs het gehele jaar door branden in de kapel dagelijks vier à vijf devotiekaarsen. - De woningbouwvereniging die in de jaren 1916-1953 in Hapert bestond, was vernoemd naar Donatus. |
|
Materiële cultuur |
- 1 Omstreeks het vijftigjarig jubileum van de broederschap in 1948 werden tegeltjes met de afbeelding van de H. Donatus verkocht; 2 medaille (zink; ovaal): 'St Donat, priez P.N.' met afbeelding (en op sokkel daarvan staat 'S. Donatus') aan de ene zijde en 'S. Cor Jesu Miserere nobis' met een afbeelding van een buste van het H. Hart van Jezus aan de andere zijde; 3 medaille (koper; ovaal): 'H. Donatus bid voor ons' met een afbeelding aan de ene zijde en de tekst 'Broederschap van den H. Donatus' aan de andere zijde. Ditmaal is Donatus afgebeeld in vooraanzicht; in zijn rechterhand houdt hij een bliksemschicht vast en tegen zijn linkerbeen staat een schild. - In de jaren twintig en dertig werden devotieartikelen verkocht, zoals medailles, een beeldje en een oleografie (met olieverf op linnen gedrukt 'schilderij') van de bliksemheilige. - Van een dergelijk (Belgisch) beeldje is mogelijk een exemplaar in de collectie (nr. MRK 1941) van het Museum voor Religieuze Kunst te Uden bewaard gebleven. Het betreft een Donatus van beschilderd porselein (h. 33 cm) uit de einde van de 19e eeuw. Devotioneel drukwerk - 1 Broederschapsbriefje (8 x 14,5 cm; 4 p.) Broederschap ter eere van den H. Donatus, Martelaar en bijzondere Patroon tegen alle schadelijke uitwerkselen van het onweder, wettig opgericht in de parochiekerk te Hapert (Zuiddorpe: Snelpersdruk van A. Moerdijk; impr. 28 juli 1898); 2 van dit briefje is ook een andere druk, maar met identieke tekst (Zuiddorpe: Snelpersdruk van A. Moerdijk); 3 voor de mis is omstreeks 1980 een apart misboekje gemaakt dat nog altijd gebruikt wordt; op de voorzijde staat het devotiebeeld afgedrukt en op de achterzijde staat een korte levensbeschrijving van de bliksemheilige. In het misboekje zijn twee Donatusliederen uit ? Helenaveen opgenomen. Deze zijn via emeritus-pastoor P.J.G. Lips, die tot aan zijn dood in 1995 ruim tien jaar in Hapert heeft gewoond, uit Helenaveen afkomstig, maar worden niet meer gezongen. |
|
Bronnen en literatuur |
Archivalia:' s-Hertogenbosch, bisdomarchief: parochiedossier Hapert; inventaris kerkelijk kunstbezit. Literatuur: M.J.C. Hurkmans, Hapert zoals het vroeger was (2e dr., Retie 1978).Drie dorpen een gemeente. Een bijdrage tot de geschiedenis van Hoogeloon, Hapert en Casteren (Hoogeloon 1987); Hapert in oude ansichten (Zaltbommel: Europese Bibliotheek, z.j.); K. van Kemenade, 'Donatus in Hapert', in: Kroniek van de Kempen 13 (1993) p. 24-25; J.A. van Hout, Kleine kerkgeschiedenis van Hapert (z.p. [1994]); Parochiekerk van de H. Severinus Hapert. Gids voor bezoekers. Uitgegeven bij gelegenheid van het 175-jarig jubileum van de parochie van de Heilige Severinus te Hapert als zelfstandige parochiegemeenschap (Hapert: kerkbestuur, [1994]); Herman Strijbos, Kerken van heren en boeren. Bouwhistorische verkenningen naar de middeleeuwse kerken in het kwartier Kempenland ('s-Hertogenbosch: Stichting Brabants Heem, 1995) p. 71-72. Overige bronnen: KDC BiN-dossier Hapert; Meertens Instituut volkskundige vragenlijst 64a (1993); mondelinge informatie in 1996 van pastoor J. van Vroonhoven en de heren Th. van der Aalst, J.A. van Hout en M. Hurkmans te Hapert. |
|
naar het KDC, voor aanvullingen en
commentaar. |